Zoals viel te verwachten is het IMF te spreken over de forse daling van de inflatie in de wereld en vooral over het feit dat daarvoor geen nare recessie nodig is gebleken. Schouderklopjes all around. Dat was eind jaren zeventig, begin jaren tachtig wel anders.
Juist voordat ik de arbeidsmarkt betrad duwden centrale banken de wereldeconomie in een diepe recessie die nodig bleek om de hoge inflatie van toen te beteugelen. Het is met mij toch nog goed gekomen. Ik vond ondanks de recessie redelijk makkelijk passend emplooi. Sterker nog, door die recessie daalden de huizenprijzen fors en was ik in staat op het dieptepunt van de markt een mooi en ruim huis te kopen. Daar heb ik tot op de dag van vandaag van geprofiteerd: mijn hele leven woon ik al in ruime huizen, lucky bastard… Dat is voor onze jongeren van nu wel anders.
Uiteraard uitte het IMF ook zorgen. En terecht. Het oprukkende protectionisme leidt tot fragmentering van de wereldeconomie. De internationale arbeidsverdeling vermindert daardoor wat weer schadelijk is voor de welvaart in de wereld. Als Kamala Harris de Amerikaanse verkiezingen wint, wordt dat er niet beter op. Bij een overwinning van Trump wordt het waarschijnlijk nog slechter.
Ook de overheidsfinanciën die in veel landen op een onhoudbaar pad zitten zijn een bron van zorg, evenals het gebrek aan groeidynamiek in Europa. Voor dat laatste beveelt het IMF een verdere integratie van de economieën in de EU aan. Dat is consistent met de aanbevelingen uit het rapport van Enrico Letta eerder dit jaar over het voltooien van de interne markt. Ook het meer recente rapport van Mario Draghi bevat een reeks aanbevelingen om de groeidynamiek in Europa te verhogen. Onze eigen minister van Financiën, Eelco Heinen, wil zich gaan inzetten voor het voltooien van de kapitaalmarktunie. Het idee daarachter is dat de financiële markten in Europa versnipperd zijn waardoor veelbelovende, innovatieve ondernemingen in Europa veel moeilijker financiering kunnen verwerven dan hun Amerikaanse collega's. Ook Draghi constateert dat euvel.
De totstandbrenging van de kapitaalmarktunie zou zeker helpen, al verwacht ik er geen wonderen van. Het initiatief van Heinen vind ik desondanks wel heel interessant. Ik denk dat het een goede tactische zet is. Draghi pleit voor het uitgeven van gemeenschappelijke EU-schuld in de vorm van eurobonds. Heinen is daar mordicus op tegen. Maar als je altijd alleen maar tegen dingen bent, maak je jezelf niet populair. Almaar tegenstemmen is weinig inspirerend. Beter is het dan om zelf met positieve initiatieven te komen.
Wonder boven wonder
Duitse industriële ondernemers zijn in oktober iets minder pessimistisch geworden. De inkoopmanagersindex (PMI) in de industrie verbeterde licht: van 40,6 in september naar 42,6. Dat is natuurlijk nog steeds bepaald geen niveau om euforisch van te worden. Het duidt onverminderd op stevige krimp in de sector. De neerwaartse prijsdruk houdt aan. Sterker nog, die verhevigt zich. Dat roept de vraag op of Europa toch weer afstevent op een periode van ongemakkelijk lage inflatie. En als dat zo is, of de ECB de rente dan weer naar 0% zal brengen. Zover is het gelukkig nog niet.
Ook in de dienstensector werden Duitse inkoopmanagers positiever: 51,4 in oktober na 50,6 in september. In de eurozone als geheel verbeterde het ondernemersvertrouwen in de industrie en de dienstensector samen een fractie, waarschijnlijk vooral gedreven door Duitsland. Met 49,7 (was 49,6 in september) blijft de samengestelde PMI in oktober overigens wel iets onder de 'boom-bust'-scheidslijn van 50.
Consument blijft terneergeslagen
Het consumentenvertrouwen in ons land is in oktober licht gedaald: van -21 in september naar -22. Dat ligt nog een eind onder het langjarig gemiddelde van circa -10. Volgens het CPB stijgt de koopkracht van huishoudens dit jaar met circa 2,5%. Dan zou je meer vertrouwen van consumenten verwachten; ik wel tenminste. Het is een beetje gissen naar de aanleiding van de teleurstellende gevoelens van consumenten. Geopolitieke en nationaal-politieke onzekerheden spelen misschien een rol. Ook is het denkbaar dat de inflatie van de laatste jaren nog nagalmt. Ik hoop dat de koopkrachtverbetering binnen afzienbare tijd alsnog zal leiden tot wat meer vertrouwen bij consumenten.
Afsluitend
Het IMF is blij dat de inflatie goeddeels is overwonnen zonder forse economische schade. Het Fonds maakt zich tegelijkertijd grote zorgen over het oprukkende protectionisme in de wereld en ook over de overheidsfinanciën. Ik zie nog weinig urgentie bij beleidsmakers om hier veel aan te doen. De zorgen van het IMF deel ik daardoor volledig.
De inkoopmanagersindices in Europa laten in oktober een zeer lichte verbetering zien. Dat is welkom, maar vooral de industrie blijft heel zwak.
Tenslotte een oproep: Nederlandse consumenten, probeer de wereld eens wat positiever te bekijken en wees niet te zuinig. Ik realiseer me wel dat deze laatste zin zich niet goed verhoudt tot de twee voorafgaande alinea's.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.