Autofabrikanten uit China winnen razendsnel terrein op de markt van elektrisch rijden, terwijl de traditioneel sterke Europese auto-industrie de boot dreigt de missen. Hierdoor bloeit de Chinese export weer wat op en dat kan in 2024 de renminbi een impuls geven.
De Chinese economie komt de afgelopen week weer wat op gang. Daarvoor was een groot deel van de bevolking op vakantie om de start te vieren van het Jaar van de Draak, dat op 10 februari van start ging. De financiële wereld kijkt echter vol spanning naar het Volkscongres, dat vanaf begin volgende week bijeenkomt. Tijdens deze jaarlijkse sessie ontvouwen de leiders van de communistische partij de groeidoelstellingen voor het lopende jaar. De kans is groot dat de lat opnieuw op 5% wordt gelegd. Vorig jaar slaagde China er nog net in om daar overheen te springen. In het lopende jaar wordt dat door de grote onzekerheid op de woningmarkt lastiger.
Elektrische wereldmacht
Onder meer doordat huizenprijzen vorig jaar met 9% daalden, houden consumenten hun vinger op de knip. Er is echter een lichtpuntje, in de vorm van een nieuwe economische motor die vorig jaar warm is gaan draaien in China. Een elektrische motor wel te verstaan. Het land heeft op overtuigende wijze de leiding genomen op deze nieuwe groeimarkt. Alleen al in december werden er bijna een miljoen plug in-auto's geregistreerd in het land. Het aantal volledig elektrische wagens dat die maand op de markt kwam, nam met 31% toe tot 618.000. Chinese wagenmakers doen ook heel goede zaken buiten de thuismarkt. Vorige week meerde de BYD Explorer No. 1 aan in de Sloehaven van Vlissingen. Het schip had maar liefst 5.449 elektrische auto's aan boord.
Risico voor exportsucces
Inmiddels heeft BYD zelfs al Tesla afgelost als de grootste fabrikant van elektrische wagens ter wereld. De dominante positie van China op deze markt komt echter steeds meer onder een vergrootglas te liggen. De Europese Unie is een onderzoek gestart of het succes mogelijk is gemaakt door staatssteun. In dat geval kan dat tot extra heffingen leiden op Chinese auto's die naar Europa worden gevaren. Een vergelijkbaar risico tekent zich af in de Verenigde Staten, waar Donald Trump licht favoriet is om in november de presidentsverkiezingen te winnen. Hij heeft al aangekondigd dat hij na een eventuele zege een heffing van 60% gaat invoeren op alle import uit China.
Op eigen benen
De nieuwe president verhuist echter pas op 20 januari 2025 naar het Witte Huis, terwijl het Europese onderzoek naar mogelijke staatssteun in het lopende jaar niet is afgerond. De Chinese auto-industrie heeft dus nog ruimte om met een toenemende uitvoer een vuurtje op te stoken onder de economie. En daarmee ook onder de renminbi. Deze munt beweegt al maandenlang in een heel nauwe bandbreedte ten opzichte van de dollar, wat vooral te danken is aan allerlei overheidsmaatregelen om de koers op peil te houden. Als in de loop van het jaar de economie naar een wat hogere versnelling schakelt en beleggers het land niet langer mijden, komt de renminbi weer op eigen benen te staan.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.