Het wordt steeds meer duidelijk dat de hoge inflatie niet op magische wijze gaat verdwijnen. Hierdoor dringt de vraag zich op of centrale banken de economie echt pijn durven te doen om de inflatie goed onder controle te krijgen.
In Nederland is de inflatie in juli opgelopen van 8,6% naar 10,3% en ook in het Verenigd Koninkrijk werd het inflatierecord opnieuw verbeterd. Het enige lichtpuntje is dat de Amerikaanse inflatie daalde van 9,1% naar 8,5%. Die verrassing was olie op het vuur voor de koersstijging op aandelenmarkten. Beleggers lijken erop voor te sorteren dat de ergste inflatiepijn achter de rug is. In dat geval zouden centrale banken de rente wat minder snel hoeven op te schroeven. De kans is groot dat beleggers te vroeg juichen. Zowel het verleden als een recente waarschuwing van de Bank of England (BoE) wijzen erop dat de kans klein is dat inflatie wordt beteugeld zonder dat de economie daar een tik van meekrijgt.
Rentestijging is kinderspel
Het is namelijk niet de eerste keer dat inflatie de bocht vliegt. Met name in de jaren '70 kwam de Amerikaanse inflatie een paar keer ruim boven de 10% uit. Het lukte wel een paar keer om die wat omlaag te drukken, maar elke keer was die opluchting slechts tijdelijk. De omslag kwam pas begin jaren '80 toen Federal Reserve-voorzitter Paul Volcker inflatie de oorlog verklaarde en de rente opschroefde tot meer dan 20%. In dat opzicht is de rentestijging van iets meer dan 2% sinds de jaarwisseling slechts kinderspel. Het lukte Volckner om de inflatie met maar liefst 6 procentpunt terug te dringen. Aan de andere kant kromp de Amerikaanse economie echter met 2,5% als gevolg van het harde rentebeleid.
Pas op: er komt een recessie
Op basis van die recessie - en andere periodes waarin de centrale bank de inflatie in de Verenigde Staten omlaag drukte – zou er nu een dip nodig zijn van ongeveer 3%. Een groot verschil met voorgaande keren is dat mensen en bedrijven het afgelopen decennium gewend zijn geraakt aan een zeer lage inflatie. Hierdoor lokt de hoge inflatie minder snel forse looneisen uit dan in het verleden. Sommige economen beredeneren dat onder de huidige omstandigheden de oververhitte economie bij een recessie van 2% al voldoende afkoelt om de inflatie te laten dalen richting een niveau waar de Federal Reserve mee kan leven. Aan de overkant van het Kanaal waarschuwde de BoE begin augustus al dat de Britse economie later dit jaar in een recessie terecht komt.
Pappen en nathouden
De Amerikaanse centrale bank houdt echter nog dapper vast aan een scenario waarin de inflatie beteugeld kan worden zonder dat de economische groei negatief wordt. De geschiedenis wijst erop dat de wens daarbij wel heel erg de vader van de gedachte is. Voor de Amerikaanse dollar hoeft het overigens helemaal geen probleem te zijn als de Verenigde Staten in een recessie terecht komen. In dat geval neemt de onrust op financiële markten toe. Dat speelt veilige vluchthavens zoals de dollar in de kaart. Maar zover is het nog lang niet. De komende maanden wordt het vooral interessant om te zien of Fed-voorzitter Jerome Powell net zo doortastend de inflatie gaat bevechten als Volckner veertig jaar geleden, of dat hij kiest voor een aanpak van pappen en nathouden.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.