Het Franse parlement heeft dinsdag 6 oktober ingestemd met een tijdelijke vrijstelling voor neonicotinoïden. Nu derogatie een feit wordt bij de grootste bietenproducent ontstaat per definitie een ongelijk speelveld in de Europese Unie. Minister Schouten betreurt dat, maar wijkt vooralsnog niet af van haar standpunt.
Met een meerderheid van bijna 60% stemde het Franse parlement op 6 oktober vóór een tijdelijke herintroductie van de neonicotinoïden in de suikerbietenteelt. Van alle parlementsleden waren 313 vóór, 158 tegen en 56 onthielden zich van stemming. Het betekent dat er tot 1 juli 2023 in Frankrijk een vrijstelling zal gelden voor het gebruik van bietenzaad dat is gecoat met neonicotinoïden.
Enorme schade door vergelingsvirus
Sinds 2018 geldt een Europees verbod op het buitengebruik van neonicotinoïden. De EU-lidstaten kunnen er echter voor kiezen om een tijdelijke vrijstelling te verlenen. Vanwege de grote economische impact op de suikersector in Frankrijk, kwam landbouwminister Julien Denormandie deze zomer op de proppen met een dergelijk voorstel. Franse bietentelers lijden forse schade als gevolg van het vergelingsvirus met in de meest extreme gevallen opbrengstverliezen tot 80%.
Frankrijk is niet het enige land dat derogatie verleent voor het gebruik van neonicotinoïdehoudende middelen als coating op bietenzaad. Ook in Oostenrijk, België, Denemarken, Spanje, Finland, Kroatië, Litouwen, Polen, Roemenië en Slowakije geldt een tijdelijke vrijstelling. De situatie in Frankrijk heeft echter een grote impact op de markt, omdat Frankrijk de grootste producent van suikerbieten in Europa is. Niet gek dus dat dit besluit flink wat stof doet opwaaien.
Schouten houdt vast aan standpunt
De kwestie ligt vooral gevoelig in Nederland en Duitsland, waar bietenorganisaties en suikerproducenten vrezen voor een ongelijk speelveld. Royal Cosun vindt dat minister Carola Schouten het 'neonics-dossier' opnieuw moet bekijken, waarop Tweede Kamerlid Helma Lodders (VVD) Kamervragen over het onderwerp stelde. Eerder deze week kwam Schouten met haard antwoorden. Daaruit blijkt dat ze vooralsnog niet afwijkt van haar eerdere standpunt om vast te houden aan het geldende totaalverbod.
Schouten beaamt dat het verlenen van tijdelijke vrijstellingen op nationaal niveau zorgt voor een ongelijk speelveld in Europa. Daarom dient dit instrument volgens haar terughoudend te worden toegepast. "Ik vind het belangrijk dat de mogelijkheid voor een tijdelijke vrijstelling bestaat als er sprake is van een landbouwkundige noodsituatie en wanneer een veilig gebruik is aangetoond. Een gelijk speelveld is echter geen onderdeel van de afweging om een tijdelijke vrijstelling te verlenen."
Wetenschappelijk onderzoek
Op een eerder verzoek in 2018 vanuit de sector om neonicotinoïden tijdelijk toe te staan, werd door Schouten afwijzend gereageerd. Belangrijkste reden: een veilig gebruik van het middel zou niet mogelijk zijn. "Als een dergelijk verzoek opnieuw wordt ingediend, zal ik mij wederom laten adviseren door de NVWA en het Ctgb", laat Schouten weten. Aanvullende wetenschappelijke informatie dat een veilig gebruik aantoont, is daarbij volgens haar een vereiste.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
Dit is een reactie op het Boerenbusiness artikel:
[url=https://www.boerenbusiness.nl/akkerbouw/artikel/10889578/ongelijk-speelveld-neonics-is-een-feit]Ongelijk speelveld neonics is een feit[/url]
wie weet wat er voor de llb s gegeven wordt momenteel?