Nieuws Fosfaatrechten
Pachtersbond: 'Oordeel van rechter is onbegrijpelijk'
De Bond van Landpachters en Eigen Grondgebruikers (BLHB) is verbolgen over de uitspraak die het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden dinsdag 26 maart deed. Het stelt dat verpachters aanspraak kunnen maken op fosfaatrechten. "De uitspraak is oneerlijk en bovendien onverteerbaar", zegt Hans Meijer, de waarnemend voorzitter bij BLHB.
Het vonnis van de rechter betekent dat de verpachters aanspraak kunnen maken op de fosfaatrechten van de pachtende melkveehouders, al moet er dan wel sprake zijn van langdurige pacht. Dit is het geval wanneer op 2 juli 2019 sprake is van een reguliere of geliberaliseerde overeenkomst die bij het aangaan minimaal 12 jaar duurt. Meijer, die zelf akkerbouwer is in Zeeuws-Vlaanderen, vindt dat de verpachters in beginsel geen aanspraak mogen maken op fosfaatrechten. "De pachter betaalt immers al pacht."
Verpachter is geen veehouder
Volgens Meijer is de uitspraak van de rechter een voortborduursel op de systematiek die in de tijd van het melkquotum gehanteerd werd. "Diverse juristen hebben daarvan naderhand gezegd dat deze systematiek mank was." Door de uitspraak kan de verpachter fosfaatrechten opeisen, maar deze verpachter is doorgaans geen veehouder en kan zodoende geen fosfaatrechten op naam krijgen.
Daarmee is de uitspraak van het gerechtshof volgens de bond praktisch onuitvoerbaar. Meijer verwacht dat de uitspraak voor veel problemen en procedures gaat zorgen. "Veel melkveehouders maken immers langjarig gebruik van pachtgronden. Daarnaast gaan er in de komende jaren nog honderden melkveehouders stoppen."
Onderbouwing is mager
Wat de pachtersbond vooral steekt, is de magere onderbouwing van de rechter. "Dit maakt het nog moeilijker de uitspraak te accepteren en een plaats te geven", zo vertelt Meijer. Het gerechtshof geeft bijvoorbeeld als argumentatie dat de grond aan het einde van de pachtperiode minder waard is als deze zonder fosfaatrechten wordt opgeleverd. BLHB is van mening dat deze veronderstelling niet juist en niet bewijsbaar is. "De uitspraak verliest hierdoor gezag", vindt Meijer.
De ondergrens voor wanneer de verpachter aanspraak kan maken op de fosfaatrechten, is gesteld op 15 hectare. Meijer vindt dat dit getal uit de lucht gegrepen is, net zoals de verdeling van 50% voor gebouwen en 50% op grond. "Als de rechter van mening is dat verpachters aanspraak maken op fosfaatrechten, dan zou het eerlijker zijn om geen ondergrens te hanteren. Nu valt een verpachter met bijvoorbeeld 14,8 hectare buiten de boot."
In cassatie
Gezien de teleurstellende uitspraak, ligt het volgens Meijer voor de hand om in cassatie te gaan bij de Hoge Raad. Wanneer de cassatierechter tot hetzelfde oordeel komt als het gerechtshof, dan zal de BLHB zich in de uitspraak berusten. "We leven in een democratisch land, waarbij een onafhankelijke rechter uiteindelijk bepalend is. Ook als de uitspraak voor ons als pachtersbond onredelijk is."
Wouter Baan
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
