Rusland wil graag de rol van de Europese Unie als exporteur van varkensvlees naar China overnemen. Dat is wel een ambitieus doel, want het land is pas in februari van dit jaar begonnen te exporteren en hoopt dit jaar 50.000 tot 60.000 ton vlees uit te voeren naar China. Dat is slechts een fractie van de totale Chinese import en ook van het huidige EU-aandeel daarin.
Russische bronnen weten dat China in de eerste helft van dit jaar 510.000 ton varkensvlees en zo'n 600.000 ton 'subproducten' importeerde. Dit laatste betreft onder meer klauwen, staarten en oren. Van dit alles kwam 51% uit de EU, zo blijkt ook uit Chinese data. Binnen de EU is Spanje verreweg de grootste exporteur en goed voor 27,8% van alle Chinese varkensvleesimporten, gevolgd door Denemarken met 6,7% en Nederland met 6,1%. Brazilië is het grootste individuele herkomstland met 28,1% van de importen.
Rusland in half jaar in top 5
Rusland kwam in juni de top 5 van grootste buitenlandse leveranciers binnen, mede als gevolg van de Chinese handelssancties tegen Europees varkensvlees. De Chinese markt is een aantrekkelijke bestemming voor de Russen. De prijzen die daar worden betaald, liggen 30% tot 40% hoger dan ze in eigen land voor het vlees krijgen, aldus voorzitter Joeri Kovalev van de Russische Unie van varkenshouders in Russische media.
Vanwege de Afrikaanse varkenspest, die ook in Rusland rondwaarde, was lange tijd geen export naar China mogelijk, maar in september vorig jaar werd overeenstemming bereikt met de Chinese autoriteiten, sinds februari lopen de eerste exporten.
Nu de Europese export van varkensvlees naar China onderdeel is geworden van een Chinees-Europese handelsoorlog over de import van elektrische auto's, liggen er extra kansen voor de Russen, zo voelen ze.
De eerste gegadigden voor export naar Rusland zijn de grote vijf in de Russische varkenssector, conglomeraten als Rosagro en Miratorg. Kleine spelers komen er niet aan te pas.
Russische concurrenten
Van Westerse sancties hebben de Russische varkensvleesbedrijven weinig last. Het voer voor de varkens wordt in eigen land geproduceerd en ook de foklijnen zijn inmiddels nagenoeg volledig in eigen beheer. Concurrentie is er met name van landen als Brazilië en de VS. Die blijven volop exporteren, want al hebben de Chinezen inmiddels een smallere beurs dan vóór de coronapandemie, varkensvlees staat nog altijd hoog op de Chinese menulijst en de eigen productie kan de vraag niet bijbenen. Tot en met juli zijn er in China zelf 3% minder varkens geslacht, omdat er minder aanbod was.
Voor de Russen is het nog wel een hele toer om de hele Europese export over te nemen, als het ooit zover komt. Het eerste doel is nu om 10% van de Chinese importen in te vullen. Daar is naar verwachting toch nog altijd drie tot vier jaar voor nodig.