Nieuwe richtlijnen voor varkensproductie in China

De volatiele varkensmarkt is wereldwijd een fenomeen, maar in China zijn de schommelingen extreem hoog. Dit mede doordat de Afrikaanse varkenspest (AVP) het land al geruime tijd teistert. Hoewel het aanbod van varkens naar eigen zeggen geleidelijk herstelt, zijn er nog altijd grote schommelingen waarneembaar in het aanbod en de prijzen.

Om grote schommelingen in de markt de voorkomen en een stabiele varkensvleesaanvoer te garanderen, hebben de Chinese autoriteiten gedetailleerde richtlijnen bekendgemaakt. De komende 5 tot 10 jaar wordt er naar gestreefd om marktfluctuaties te verminderen en de capaciteit voor varkensvleesproductie te vergroten. Dit met als doel om de zelfvoorzieningsgraad op circa 95% te houden.

Zeugenkudde
Volgens een Chinese functionaris waren er eind juni circa 439 miljoen varkens, een toename van 99,4% in vergelijking met eind 2017. De zeugenstapel telde 45,64 miljoen stuks en noteerde hiermee 102% hoger. Om de varkensvleesproductie een stevige basis te geven, streeft China ernaar om de zeugenstapel in de periode van 2021 tot 2025 stabiel te houden op circa 43 miljoen stuks.

Volgens Reuters meldde het ministerie van Landbouw dat de zeugenstapel in de desbetreffende periode niet minder dan 40 miljoen stuks gaat bedragen. Wanneer de zeugenstapel in de periode van 2021 tot 2025 meer dan 5% verandert ten opzichte van het voorgaande jaar, worden varkenshouder geadviseerd om zeugen aan te vullen of minder productieve zeugen te vervangen.

Verscherpen van registratie
Andere manieren waarop China de varkensvleesproductie wil stabiliseren, zijn het vrijgeven van varkensvlees uit staatsreserves. Om het aanbod en de prijzen te kunnen reguleren en het verscherpen van registratie van dieren om de productiecapaciteit te controleren.

Zo wordt er bij lokale autoriteiten op aangedrongen om varkenshouders met meer dan 500 dieren te registreren. Provinciale overheden kunnen grotere bedrijven subsidies verstrekken als de zeugenstapel met meer dan een 10 daalt in vergelijking met het voorgaande jaar of als het bedrijf langer dan 3 maanden op rij verlies draait.