Zelden gingen de varkens- en biggenprijzen zo hard onderuit als in de afgelopen maanden. En hoewel Robert Hoste, varkenseconoom bij Wageningen Economic Research (WUR) al jaren meedraait, heeft hij zo'n bizar jaar niet eerder meegemaakt. Wat verwacht hij van de prijsontwikkelingen in 2021? 'Het prijsherstel op de varkensmarkt kon weleens tot de zomer duren.'
Hoe kijk je terug op 2020?
"Aan het begin van het jaar waren de verwachtingen goed, maar de coronapandemie en de uitbraak van de Afrikaanse varkenspest in Duitsland zetten een streep door de rekening. In januari stonden de prijzen spreekwoordelijk gezegd nog op zolder, maar we zijn het jaar in de kelder geëindigd. Voor de sector was het zodoende een verloren jaar. Zo'n grote prijsval op de varkensmarkt, maar met name ook de biggenmarkt, kwamen niet eerder voor. De prijsdaling is duidelijk terug te zien in de inkomensraming die de WUR over 2020 deze week heeft gepubliceerd. Dat het gemiddeld inkomen in de varkenshouderij met maar liefst €295.000 per onbetaalde arbeidsjaareenheid is gedaald, spreekt boekdelen."
Kan er op korte termijn prijsherstel optreden?
"Op korte termijn verwacht ik het niet. In Nederland zijn de afgelopen maanden veel varkens geslacht, maar er hangen in Duitsland zo'n 700.000 vleesvarkens boven de markt. Die slacht je niet zomaar weg. Dit overaanbod heeft in zekere zin nog een positief effect ook, want anders was de vleesmarkt nog meer verzadigd geweest. Voldoende slachtcapaciteit blijft een uitdaging. Met de Kerst gaat het slachterijpersoneel vaak terug naar het thuisfront in Oost-Europa, maar het is nog maar de vraag of ze door corona terug (kunnen) komen. Mocht dat niet zo zijn, dan hebben slachterijen in 2021 een grote uitdaging om aan personeel te komen en vertraagt dit het slachtproces mogelijk nog meer. Stel dat Duitsland volgend jaar wel weer wekelijks boven de 900.000 slachtingen uitkomt, ook dan duurt het nog maanden voordat het overaanbod van de markt is. Kortom: de Duitse Schweinestau kon weleens tot de zomer een belemmering zijn voor prijsherstel op de markt. Temeer omdat Duits varkensvlees vanwege AVP niet naar China kan en daarom op de Europese markt komt."
Hoe nijpend is dat?
"Behoorlijk nijpend. De EU produceert jaarlijks 23 miljoen ton varkensvlees, daarvan komt 5 miljoen ton uit Duitsland. Er komt naar schatting een miljoen ton Duits vlees op Europese vleesmarkt dat anders naar niet-Europese bestemmingen was geëxporteerd, vooral China. De hoop is nu dat China de Duitse markt gaat regionaliseren, waarbij de deelstaten die vrij zijn van AVP weer kunnen exporteren. Ik verwacht niet dat China dit gaat doen. De afgelopen maanden heeft China aangetoond het prima zonder de Duitse aanvoer af te kunnen, zelfs in aanloop naar het Chinees nieuwjaar. En daarbij zijn er nog altijd AVP-uitbraken bij onze oosterburen. China eist dat een land minimaal 1 jaar vrij is van AVP-uitbraken, alvorens de exportban wordt opgeheven. Dit hebben we ook in België gezien dat in hetzelfde schuitje zat."
Robert Hoste
Duitsland overweegt nu particuliere vleesvoorraden aan te leggen om de markt te ondersteunen, is dit een goed idee?
"Deze maatregelen kunnen een prijsval afremmen, maar de varkensnoteringen staan momenteel al erg laag. En daarbij komen de opgeslagen vleesvoorraden waarschijnlijk binnen 6 maanden weer op de markt en waarschijnlijk zijn de prijzen dan nog niet hersteld. Het verleden heeft aangetoond dat deze maatregel beperkt zin heeft. En daarbij kun je je ook nog afvragen of het prijsvoordeel wel bij de primaire producenten terecht komt, waarvoor de maatregel bedoeld is. Met andere woorden: enthousiast over deze maatregel ben ik niet, al kan ik het als politiek statement wel begrijpen."
De hoge prijzen van de afgelopen jaren waren vooral te danken aan de torenhoge import van varkensvlees door China. Wat verwacht je van de uitvoervolumes in 2021?
"De Chinese vraag blijft, al zullen de exportvolumes waarschijnlijk wel duidelijk teruglopen. De Chinese varkensstapel is na de kaalslag 2 jaar geleden namelijk weer groeiende en daarmee neemt de zelfvoorzieningsgraad toe. Wel twijfel ik over de door China geschetste snelheid van herstel. Rome is niet in 1 dag gebouwd, ook het herstel van de Chinese varkensstapel kost tijd. Dat de dieraantallen toenemen, kunnen we aflezen aan de hoge sojaprijs. Tegelijkertijd noteert de Chinese varkensprijs omgerekend nog altijd rond €4 per kilo, levend gewicht. Dit geeft aan dat er nog altijd een groot tekort aan vlees is. Er zijn prognoses dat de productie in China in 2024 weer op niveau zit. Mogelijk komt dat moment iets eerder, maar dat zal volgend jaar nog niet het geval zijn."
"De Chinese varkenssector kent namelijk nogal wat uitdagingen. Neem bijvoorbeeld de beschikbaarheid van fokmateriaal en voergrondstoffen. En daarbij zijn de gebouwde varkensflats een risico bij een ziekte-uitbraak. Het kostte Rusland ook 10 jaar om toe te groeien naar zelfvoorziening. Kortom: het herstel van de productie in China zal met horten en stoten gaan en daarmee blijft de volatiliteit op de wereldmarkt in stand. Voor de Nederlandse varkenssector kan het heel verleidelijk zijn om hiervan te profiteren, maar uiteindelijk kunnen we op de afzet in China niet bouwen. De Westersere productiestandaarden (efficiëntie en biosecurity) worden ook gemeengoed in China en Rusland. Qua kostprijs gaan we het op de lange termijn niet winnen van deze grootmachten en dus moet de Nederlandse sector uitblinken in kwaliteit en productbeleving. Daar moet de productiestandaard in ons land mijn inziens dan ook naartoe bewegen."