'Nette vergoeding voor deelnemers ROK'

De Regeling Omgevingskwaliteit (ROK) ging op 1 september van start. Het Ontwikkelingsbedrijf Varkenshouderij (OBV) hield donderdag 14 september een informatieavond over de inhoud van de regeling. Paul Jansen, directeur van het OBV, licht de avond en de regeling verder toe.

Hoe is de informatieavond volgens u verlopen?
"De avond is, naar mijn idee, prima verlopen. Er waren zo'n 40 specialisten aanwezig. Dit waren voornamelijk adviseurs op het gebied van Ruimtelijke Ordening en Milieu en accountants. Doordat zij op de hoogte waren van de inhoud van de regeling, kon er een inhoudelijke discussie plaatsvinden. Het was een constructieve avond. Ook kwamen er veel vragen vanuit de zaal, een deel daarvan ging over de vergoeding."

Vindt u niet dat de vergoeding te mager is?
"Daar ben ik het niet helemaal mee eens. Het is uiteraard geen gigantische vergoeding, maar de deelnemers ontvangen wel een nette vergoeding. Momenteel is de varkensprijs hoog, maar we moeten ons ook realiseren dat dit straks lager is. De vergoeding is gebaseerd op de afschrijvingen (3 jaar) op 1 locatie en op KWIN-normen (handboek Kwantitatieve Informatie Veehouderij)."

"Bedrijven die recent flink hebben geïnvesteerd, zullen hier niet mee uit de voeten kunnen. Echter, voor bedrijven die al een tijd niet meer stevig hebben geïnvesteerd, zal deze vergoeding wel passend zijn. Het zou voor iedere varkenshouder goed zijn om eens kritisch te kijken naar de locatie, de ontwikkelingen voor de toekomst en de hoogte van de investeringen om te blijven zitten op de huidige locatie. Daarbij moet men denken aan de ontwikkelingen in Brabant en wat het rendement op die locaties is. Veehouders moeten dit goed op een rij zetten, pas dan ontstaat een reëel perspectief."

Heeft de situatie in Brabant invloed op deze regeling? En kunnen de regelingen worden gecombineerd?
"De beide regelingen staan los van elkaar. De Regeling Omgevingskwaliteit heeft de focus op ruimtelijke kwaliteit, het verplaatsen van de productie van A naar B. De productie moet weggehaald worden op plekken waar boer en burger elkaar in de weg zitten. De Brabantse plannen richten zich veel meer op het milieu en op het totale plaatje van de provincie. De 2 regelingen zitten elkaar niet in de weg. Als de regeling van stalderen gestapeld kan worden, dan versterkt dit het effect van beide regelingen. Hierover zijn we nog in overleg met de provincie."

Kunnen er uitzonderingen worden gemaakt op de regeling?
"Nee, dit zijn de regels en daar moeten de veehouders het mee doen. De adviseurs willen nog weleens op zoek gaan naar de grenzen (omtrent wat wel/niet kan), maar hier zijn echt geen uitzonderingen mogelijk. De uitvoering van de regeling zal door een accountant worden gecontroleerd. Bij de toewijzing wordt geen rekening gehouden met de verschillende eisen van de gemeenten. Daarnaast wordt er gerekend met bekende rekenmethoden en -tabellen. Voor iedereen zijn deze gelijk en inzichtelijk. Het OBV gaat niet over de bestemming van de locaties na beëindiging. Dat is een zaak tussen de provincies en de boer."

Welke rol ziet u, in de toekomst, nog weggelegd voor het OBV?
"Aan het begin van 2018 start het tweede deel van de regeling, namelijk het opnieuw uitvoeren van de vrijgekomen rechten. In november worden de voorwaarden hiervan bekendgemaakt. De uitgifte zal, naar verwachting, in de loop van 2019 zijn afgerond. Als deze pilot aanslaat, zal er mogelijk meer geld komen voor een vervolg van de regeling."

© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.