Wat gaat CETA ons brengen? Aan het nut en de noodzaak van de deal wordt sterk getwijfeld en het houdt agrarische gemoederen in Europa sterk bezig deze dagen. Nu de handtekeningen zijn gezet en de nieuwe werkelijkheid een feit is, moeten ook boeren leren leven met het handelsverdrag met Canada. Boerenbusiness geeft een schets van de uitgangspunten en scenario’s die van invloed kunnen zijn tussen beide continenten.
Dat CETA complex is - waardoor de gevolgen niet makkelijk in te schatten zijn - blijkt wel uit de omvang van het verdrag die maar liefst 1.598 pagina’s telt. De hoofdlijn van het verdrag is om handelsbarrières tussen Europa en Canada te slechten, oftewel het slaan van een visuele brug over de Atlantisch Oceaan, waardoor handelstransporten ongehinderd kunnen oversteken. Uiteraard ligt het complexer. Zo gaan de details bijvoorbeeld over kwaliteitsstandaarden, zoals dierwelzijn en productsamenstellingen. Ook niet onbelangrijk is dat Europa en Canada hebben besloten elkaars kwaliteitstesten als gelijkwaardig te accepteren.
Overigens is het idee achter het verdrag niet van gisteren. Sinds 1998 worden er al oriënterende gesprekken gevoerd. De oplevering van de 1.0 versie van het verdrag dateert van september 2014. Uiteindelijk koste het dus 2 jaar om officieel tot een deal te komen, waarbij iedere lidstaat in Europa de kans heeft gehad om het verdrag te blokkeren. Vooral de Walen toonden ruggengraat door lange tijd voet bij stuk te houden. Uitgerekend op gebied van landbouw hadden de Franstalige Belgen grove twijfels over het nut en de noodzaak van het verdrag. Na stevig onderhandelen werd op 27 oktober echter alsnog getekend.
Waarom het verdrag op poten moest komen ziet er in theorie veelbelovend uit. CETA kan Nederland jaarlijks tussen de 600 miljoen en 1,2 miljard euro opleveren. Volgens het kabinet zorgt CETA er verder voor dat consumenten lagere prijzen betalen en uit meer producten kunnen kiezen. De prognoses zijn dat de handel tussen de EU en Canada door CETA met 25 miljard euro per jaar kan groeien.
De vraag is alleen, wie gaat er met de winst vandoor? Overall is dit lastig in te schatten, maar op gebied van landbouw oogt Canada in het voordeel. Zo hanteren de Canadezen veel ruimere regels op gebied van dierwelzijn, ggo's, hormonen en gewasbescherming. Europa ‘bezweert’ dat Canadese producten alleen mogen ingevoerd, wanneer deze voldoen aan Europese regelgeving. Er leven echter wel twijfels hoe strikt deze toezicht kan worden gehandhaafd.
Door de ruimere regelgeving in Canada - waardoor ook veel Nederlandse boeren het geluk daar hebben gezocht - hebben de Canadese boeren een lagere kostprijs dan de 'nieuwe' Europese concullega's. Er hoeft echt geen teeltspecialist aan te pas te komen, om te kunnen inschatten dat de Canadezen veel efficiënter kunnen produceren dan in Europa, gezien de courante percelen, lagere grondprijzen, terwijl veevoergewassen soms letterlijk om de hoek groeien.
Misschien sorteert Europa met de CETA-deal vast voor op een krimpende landbouw- en veehouderijsector in Europa. Om voedselzekerheid toch veilig te kunnen stellen, is het natuurlijk ideaal om vrij toegang te hebben tot de Canadese ‘graanschuren’. De Canadezen zijn namelijk de meest ideale bondgenoot die maar te bedenken is, want welk land in de wereld is betrouwbaarder dan Canada? Deze gedachte heeft natuurlijk wel een speculatieve ondertoon, maar valt ook niet geheel uit te sluiten.
Hoe dan ook, qua marktpotentie is vrij toegang tot de Europese markt veel interessanter dan visa versa. Europa telt bijvoorbeeld meer dan 500 miljoen consumenten, terwijl Canada ‘slechts’ 35 miljoen inwoners telt. Beide continenten zijn in de regel exporterende landen en meer dan zelfvoorzienend in vlees, zuivel en een tal van akkerbouwgewassen. Of Europese inkopers hun goederen nu massaal uit Canada gaan halen, ligt niet direct in de lijn der verwachting, maar Canadese prijzen geven wel handig vergelijkingsmateriaal in prijsonderhandelingen. Aan de Europese landbouw competitie wordt dus het efficiënte Canada aan toegevoegd en dat is een uitdagende tegenstander voor een producent in Europa.
Europese boeren hoeven het effect van CETA overigens niet direct overschatten, maar het negeren van de potentiële effecten is wel wat naïef. Het benadrukt namelijk eens te meer dat het maken van keuzes noodzakelijk is. Ietwat kort door de bocht is een verdere efficiëntieslag - door waarschijnlijk schaalvergroting - de enige manier voor Europese boeren om zichzelf te kunnen meten aan de Canadese kostprijzen.
Onderscheiden van de Canadese manier van produceren kan natuurlijk ook. Door te focussen op de zogeheten nichemarkten, zoals bijvoorbeeld vleesconcepten in de varkenshouderij, kunnen producenten zichzelf met onderscheidende producten onttrekken uit een concurrentiestrijd, waarbij prijs doorslaggevend is. Oftewel ‘the stuck in the middle’ strategie, waarbij de kostprijs te hoog ligt en het product weinig onderscheidend is, kan uiteindelijk weleens een doodlopende weg zijn voor een boer in Europa.
Overigens moet ook niet te dramatisch over handelsverdragen als CETA en TTIP worden gedaan. Uiteindelijk is Nederland groot geworden door een ‘VOC mentaliteit’ en als de hele wereld een protectionistische houding aanneemt moet de Nederlandse landbouwsector sowieso inkrimpen. Hoe dan ook, verdragen als CETA dwingen de Europese landbouwsector om competitief te zijn en daar zijn meerdere manieren voor, maar vraagt wel om ondernemerschap.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
Dit is een reactie op dit artikel:
[url=http://www.boerenbusiness.nl/varkens-voer/artikel/10872181/CETA-dwingt-Europese-boer-tot-maken-van-keuzes]CETA dwingt Europese boer tot maken van keuzes[/url]