Voor het derde jaar op rij organiseert Boerenbusiness de Ruwvoertour. Ook dit jaar volgen wij 10 melkveehouders door heel Nederland in hun beslissingen omtrent het winnen van ruwvoer. In deze serie bedrijfsreportages stellen wij de ondernemers voor. In het tiende deel Robert Welhuis uit Wapse (Dr).
Welhuis doet dit jaar voor de eerste keer mee met de Ruwvoertour en hoopt met zijn deelname te kunnen sparren met andere melkveehouders over het winnen van ruwvoer. Welhuis is wat betreft de voerderwinning op elk front aanwezig. Zo worden er op zijn bedrijf voederbieten en veldbonen geteeld. Doet de melkveehouder aan weidegang en stalvoeren en lopen er combinaties van bijna alle rassen in de stal. Het werk op de boerderij wordt grotendeels door Welhuis zelf gedaan. Af en toe helpt een ZZP'er mee met de werkzaamheden op het bedrijf. Ook zijn zoon heeft interesse in het bedrijf en gaat hiervoor een opleiding volgen.
Op het melkveebedrijf van de familie Welhuis worden er 175 melkkoeien gemolken met 40 pinken en 40 kalveren. In totaal wordt er 102 hectare bewerkt, waarvan 67 hectare gras, 26,25 hectare maïs, 7,75 hectare veldbonen en 5 hectare voederbieten. Op de soms droge zandgrond kiest Welhuis als Limagrain-ras voor LG 31.211 bij snijmaïs. De gemiddelde productie is 10.500 liter met 4,50% vet en 3,70% eiwit.
Wapse is een zogenoemd Esdorp in de gemeente Westerveld. Het dorp ligt aan de rand van het Drents-Friese Wold en ongeveer 21 kilometer ten Noordwesten van Hoogeveen. Welhuis zegt zelf over het gebied: "Het is hier niet de duurste regio qua grondprijs. In het gebied zitten een aantal grote bollentelers en zelf hebben wij ook wel wat samenwerkingen om de mest af te zetten. Wij hebben geen derogatie, dus zijn deze samenwerkingen ook nodig om de mestafzet in de hand te houden". Het bedrijf wordt ook "omringd door Natura2000 gebieden". Zo ligt ten noorden van het dorp het Drents-Friese Wold, ten zuiden van het dorp het Holtingerveld en iets ten zuidoosten ligt het Dwingelderveld. Al met al genoeg natuurgebieden die op korte termijn nog geen hinder vormen voor het bedrijf, maar wel aanwezig zijn en dus een lichte bedreiging vormen.
Gebruiken alles behalve Jersey
In de melkveestal valt al snel de diversiteit van kleuren en vormen tussen de koeien: "Wij fokken op robuuste koeien en maken hierin gebruik van het inkruisen. In principe hebben we alle rassen al wel gebruikt op Jerseys na". De ervaringen met het inkruisen zijn goed volgens de melkveehouder "je moet wel goede paringen blijven maken om toch de uniformiteit binnen de veestapel te behouden, zodat wij wel op koppelniveau kunnen werken".
Welhuis omschrijft zichzelf als een koeienman, die met een economische blik naar zijn bedrijf kan kijken. Tot voor kort werd er niet veel landwerk zelf gedaan en ook het voeren wordt uitbesteed aan een loonwerker. Vorig jaar is Welhuis begonnen met stalvoeren door een ladewagen en trekker te huren bij een mechanisatiebedrijf. Dit beviel zo goed dat Welhuis al snel besloot om zelf een grotere trekker met maaier en een ladewagen aan te schaffen. "Vanaf de vierde snede hebben wij niks meer hoeven in te kuilen en konden wij al het gras vers op stam opvoeren. Het verse gras is veel melk, drijvend als ingekuild gras. Ook zijn er nauwelijks nog conserveringverliezen aan het gras".
Streven naar 40% droge stof
Qua ruwvoermanagement weet Welhuis hoe hij het wil hebben. "Meestal kuilen wij in rond de vier tot vijf weken na de vorige snede. Daartussen hou ik het gras ook goed in de gaten. Eenmaal tijdens het inkuilen streef ik erna om binnen 36 uur in te kuilen. Hierbij moet het droge stofpercentage rond de 40% liggen. Het mooie is dat ik door het stalvoeren een beter gevoel heb gekregen bij mijn grasland doordat ik er dagelijks kom en de koeien ook direct vertellen wat zij van het gras vinden wat op dat moment groeit. Het afgelopen jaar hebben wij tot aan haf november aan stalvoeren gedaan en dus geen herfstsnede hoeven kuilen. De snede's die wel worden gemaaid, worden in lasagne ingekuild".
Het krachtvoer wat verder nog wordt gevoerd, komt van ForFarmers en er wordt geleverd aan Cono Kaasmakers. Vanuit de melkfabriek zijn er een aantal voorwaarden waaraan de ondernemer moet voldoen. Zo moet er Vlog of non-GMO gevoerd worden en is weidegang verplicht. Welhuis past voor weidegang het Nieuw Nederlands weidesysteem toe. Hierin is de huiskavel opgedeeld in blokken en zijn deze blokken weer onderverdeeld in kleinere perceeltjes. De bedoeling van Nieuw Nederlands weiden is dat de koeien elke dag in een nieuw perceel lopen.
Voederbieten zijn deels verantwoordelijk voor hoge gehaltes
Welhuis teelt al behoorlijk wat jaren voederbieten. Een groot gedeelte wordt in etappes gerooid en vers opgevoerd aan de koeien. Het overige gedeelte wordt mee ingekuild in de maïs. Welhuis laat de bieten zo lang mogelijk in de grond zitten. Zo liet hij nog een foto zien van de voederbieten uit 2016 die in februari nog moesten worden gerooid. "De voederbieten hebben een goed effect op de gehaltes van de koeien en ook voor de gezondheid van de koeien. Niet alleen de bieten zorgen voor de goede gehaltes. Dit is deels ook te wijten aan de keuzes die wij maken binnen de fokkerij. Gehaltes zijn bij het maken van de stierkeuze minstens net zo belangrijk als melkproductie".
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.