Minister Carola Schouten (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) presenteerde zaterdag 8 september haar landbouwvisie. Mijn mening is niet zo positief als die van een aantal andere bestuurders, want er is heel veel dat mij niet duidelijk wordt.
Laten we eerst naar de huidige land- en tuinbouw kijken. In het jaar 2000 hadden we zo'n 100.000 boeren en tuinders, vandaag de dag zijn dat er nog ruim 50.000 en over 20 jaar zijn dit er waarschijnlijk hooguit 25.000. Kortom: de huidige omvang van de bedrijven gaat verdubbelen.
De hedendaagse landbouwsector heeft een zeer sterke positie door zijn geografische ligging, het gematigde klimaat en de succesvolle handel en verwerking. Echter, voornamelijk de hardwerkende, goed opgeleide en ondernemende boeren en tuinders dragen hieraan bij.
Export is belangrijk
Die positie hebben we voor een groot deel te danken aan de export. We zijn in staat om behoorlijke hoeveelheden van goede kwaliteit, tegen concurrerende prijzen, weg te zetten. Dat belang wordt te weinig onderkend. Als onze kostprijs te veel stijgt, dan zal dat enorme schade toebrengen aan de export en dus aan onze positie als boer.
Ook stelt de minister: "De consument moet meer betalen voor de goede producten." De supermarkten hebben een belangrijke rol en moeten geld doorgeven aan de boer. Dat is erg bijzonder. Europese overheden hebben namelijk met elkaar het markt- en prijsbeleid afgeschaft. Produceren doe je voor de wereldmarkt.
Supermarkten?
Oftewel: de overheid had het instrument in handen, maar heeft er bewust voor gekozen om dit af te schieten. Daarom is het bijzonder dat de supermarkt nu de verantwoording heeft om ons van inkomen te voorzien. Zij houden alleen rekening met hun aandeelhouders. Overigens zou het niet onverstandig zijn om eens goed te kijken naar de te grote inkoopmacht van de supermarken.
- Jaap Haanstra
Het nieuwe toverwoord is: kringlooplandbouw. Ik heb er lang over nagedacht en ben tot de conclusie gekomen dat er al veel kringlopen zijn. Zo worden er reststromen gebruikt in de veehouderij en gaan die soms ook in de vergister.
Mestproblemen oplossen
Er valt daar niet heel veel te winnen. Het lijkt er volgens mij op dat men de kunstmest wil bannen om het mestprobleem op te lossen. Als dat de bedoeling is, dan zal men in de plantaardige sector furieus reageren. Wij voeden onze planten op de juiste manier en daarin kennen zowel mest als kunstmest hun eigen rol.
Het is beter om het beleid eens tegen het licht te houden. Immers, veel van de aannames zijn achterhaald. Het is misschien een wonder dat de beste mest (droge pluimveemest) nog steeds verbrand wordt. Maar dat heeft een reden: het is door de regels niet meer toepasbaar geworden.
Ook zou de biodiversiteit verbeterd moeten worden. Waar denkt men dan aan? Als ik het vergelijk met 40 jaar geleden, dan heb ik op mijn kavel nog nooit zoveel dieren en insecten gezien als nu. Mijn vader spoot destijds ook de veel toegepaste DDT, Phosdrin, Parathion, Aldrin en Dieldrin. Alles wat onder de spuitboom ging, legde het loodje.
Geen onkruidteler
Wanneer ik mijn uien teel, dan teel ik uien en geen onkruid. Dat geldt voor zowel de gangbare als biologische boeren. Dus als men meer soorten planten wil, dan moeten ze dat gewoon zeggen en niet insinueren dat wij ze laten verdwijnen. Dan spreken we niet van herstel, maar van uitbreiding van de biodiversiteit.
Nu we het toch over onkruid hebben; dat moeten we in 2030 mechanisch en ecologisch bestrijden. Pas als dat mislukt, dan mag de chemie ingezet worden. Ik concludeer dat er geen rol meer is voor bodemherbicide. Als onkruid uit de hand loopt en je moet corrigeren, dan weten we dat het er niet eenvoudiger op wordt. Laat helder zijn: als het zonder chemie kan, dan is niemand daar op tegen. Maar, is het reëel?
Sensortechnologie beter dan ecologische gewasbescherming
Eerder concludeerde ik dat bedrijven in omvang verdubbelen. Wellicht dat het gebruik van een goede bodemherbicide (en aanvullend mechanisch) een betere optie is. Dat laat ook het minste residu achter op het product. Het snel ontwikkelen van sensortechnologie, die ervoor zorgt dat alleen de plaats waar de ziekte of daar waar onkruid is, is van groot belang. Daar zit in mijn optiek dé oplossing. Google voor de aardigheid eens ecologische onkruidbestrijding en je zal begrijpen dat de oplossing daar niet ligt.
Ik ben ervan overtuigd dat er de komende 20 jaar steeds meer gaat veranderen op het gebied van gewasbescherming. We gaan van onder meer synthetische naar natuurlijke middelen en daarnaast gaat plaatsspecifiek een enorme vlucht nemen. Maar ook die natuurlijke stoffen kunnen giftig zijn.
Populistische termen
Tja, wat moet ik nu met een visie die in mijn optiek geen echte visie is? Het is vooral een opsomming van een aantal populistische termen. Gaat deze de la in, of gaat hij uitgebouwd worden? Als men ons erop aanspreekt om ons te verbeteren, dan zijn we van de partij. Echter, altijd vanuit de gedachte dat we op kostprijs en kwaliteit moeten kunnen concurreren met de rest van de wereld.
Daar gaat immers meer dan 60% van ons product heen. Als de minister zich zorgen maakt over de inkomensontwikkeling in land- en tuinbouw, dan wil ik wel helpen om daarin verbetering aan te brengen. Minder lasten en minder of meer werkbare regels zijn een klein begin. Er zijn natuurlijk ook maatschappelijke groepen voor wie het nooit ver genoeg zal gaan. Als wij in staat zouden zijn om op water te lopen, dan zouden zij stellen "Zie je wel. Ze kunnen niet zwemmen."
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
Dit is een reactie op het Boerenbusiness artikel:
[url=http://www.boerenbusiness.nl/column/10879965/landbouwvisie-is-vooral-erg-populistisch]'Landbouwvisie is vooral erg populistisch'[/url]