Op maandag 19 november rond half 8 's ochtends vond er een inval plaats bij een agrarisch adviesbureau in Heythuysen. Het bedrijf wordt verdacht van betrokkenheid bij de mestfraude en ook bij 5 klanten van het bedrijf worden invallen gedaan. Er wordt preventief beslag gelegd op onroerende goederen ter waarde van minstens €1 miljoen.
Het bureau werd vorig jaar nog genoemd in de mestfraudereeks van het NRC. Ook nu lijkt de krant een rol te spelen bij de invallen. De vraag is; hoe groot is de verwevenheid van het NRC en het Openbaar Ministerie (OM)?
Mestfraude?
In de vorig jaar gepubliceerde artikelenreeks over mestfraude tekende het NRC op dat 64% van de door hun onderzochte bedrijven beboet was voor mestfraude. De krant noemde daarbij bedrijven die al 20 jaar geen enkele overtreding hadden begaan. NRC houdt zich niet aan de wijze waarop de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) de fraude berekent, want daar wordt fraude per jaar bekeken.
Het aantal gecontroleerde bedrijven is afgezet tegen het aantal beboete bedrijven. Daarbij wordt onderscheid gemaakt in administratieve fouten en echte fraude. Het NRC telt willekeurige bedrijven in een tijdsbestek van 20 jaar bij elkaar op. Van de ruim 1.100 bedrijven heeft NRC er zo’n 56 bekeken. Dat lijkt weinig representatief.
Uit gesprekken die ik had met personen die in de reeks van NRC worden genoemd, kwam het beeld naar voren dat journalisten Esther Rosenberg en Joep Dohmen zeer vooringenomen te werk gingen. "Ze probeerden mij steeds de woorden in de mond te leggen", zo zei de directeur van een verwerkingsbedrijf waar al jaren geen overtredingen geconstateerd waren. "Het was zeer onprettig."
Ook bij het bedrijf waar de inval maandagochtend plaatsvond, was dat de tendens van de gesprekken. "Het was duidelijk dat de journalisten ons al veroordeeld hadden", zei een van de medewerkers vorig jaar.
Spil in mestfraude
Op 19 november om 8 uur 's ochtends ging het stuk 'adviesbureau spil in mestfraude' online op de website het NRC. Dit artikel is ook geschreven door Rosenberg en Dohmen en gaat over het adviesbureau waar om half 8 een inval was. Daarin staat: "Maandagochtend, in het schemerdonker rond half 8, staan er ineens medewerkers van justitie, politie, de FIOD en rechercheurs op de stoep van...." Via Google blijkt dat het artikel zondag al voor 12 uur 's avonds klaarstond. Het NRC was hoogstwaarschijnlijk op de hoogte van de inval, en had zodoende het betreffende artikel al klaar.
Volgens NRC stond het artikel helemaal niet uren van tevoren klaar, maar stond deze op de buitenlandse server. Dit zou het tijdsverschil verklaren. Gezien het tijdstip van publicatie van de andere artikelen, werkt NRC dan meestal met Nederlandse servers (af en toe niet). Het kan, maar het is wel heel toevallig. Het stuk zelf kwam iets na 8 uur 's ochtends online. De inval was om half 8.
In krap 30 minuten zouden 2 journalisten een artikel hebben geschreven van bijna 800 woorden. Een dergelijk stuk moet dan ook nog langs een (eind)redactie. Het is zeer onwaarschijnlijk dat dit lukt in dat tijdsbestek. Ik schrijf zelf heel vlot en hoef met niemand af te stemmen, maar dat lukt mij beslist niet in zo'n korte tijd.
Sterke zaak?
Hoe bepalend is de rol van de journalisten van het NRC voor het OM? Het bedrijf waar de inval plaatsvond, is door NRC vaker bestempeld als het brein achter de mestfraude. Uit bronnen rondom het bedrijf blijkt dat het OM de inval heeft gedaan vanuit 'gerede twijfel'. De naam van het bedrijf kwam vaak naar voren als er veehouders verdacht werden van fraude. Er was echter geen concrete verdenking of zaak.
Als Brabantse ken ik het bedrijf. Het staat bekend om de expertise op het gebied van mestbeleid. De adviseurs kennen de wet vaak beter dan de medewerkers van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) en de NVWA. Dat irriteert op het ministerie. Elke ondernemer met een ingewikkelde mestboekhouding komt echter al snel bij dit adviesbureau uit.
De adviseurs van andere bureaus sturen ingewikkelde dossiers zelfs door naar dit bedrijf. Veel ondernemers uit Oost-Brabant en Noord-Limburg doen dus zaken met dit bedrijf. Het feit dat de naam van dit bedrijf dus vaak naar voren komt, kan weliswaar wijzen op een dubieuze rol. Maar, dat hoeft niet.
Het risico bestaat dat, onder druk van artikelen zoals die van het NRC (en in combinatie met de reacties hierop vanuit natuur- milieu- en dierenorganisaties), de noodzaak om tot een veroordeling te komen erg hoog wordt. Het OM ligt immers onder vuur. Ontstaat hier nu de situatie dat er, no matter what, een zondebok moet komen?
Comfortabel?
Voor het OM is het anderzijds wel comfortabel dat het NRC op deze wijze publiceert: het OM wordt hierdoor ondersteund in haar aanpak. Via NRC wordt een duidelijke boodschap neergezet: er is veel mestfraude, maar de daders worden niet gepakt omdat ze slim zijn. Mocht er geen of weinig bewijslast worden gevonden (bij de inval), dan ligt dat natuurlijk niet aan het OM en ook niet aan de onschuld van het bedrijf.
Nee, want dat ligt dan aan het feit dat het bedrijf zo vreselijk gewiekst is in het verbergen van de fraude. Op deze wijze is enige kritiek op het OM of het NRC altijd makkelijk af te doen. Het is een kwestie van je eigen waarheid creëren, maar daarvoor worden dan wel bedrijven geofferd.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
Dit is een reactie op het Boerenbusiness artikel:
[url=http://www.boerenbusiness.nl/column/10880640/hoe-verweven-zijn-het-nrc-en-het-om]Hoe verweven zijn het NRC en het OM?[/url]