Ondanks dat de prijzen van aardolie en aardgas enorm gedaald zijn geeft de prijs van kunstmest nog geen krimp in Nederland. Op de wereldmarkt is dat echter een ander verhaal. Mag nog gerekend worden op een prijsdaling?
De kunstmestmarkt verloopt bijzonder. Voor de productie van stikstofkunstmest is vooral aardgas een belangrijke graadmeter. Van de productiekosten van KAS komt 80% van het benodigd aardgas. Toch is de koppeling tussen de productie en de energieprijzen het laatste decennia steeds verder verdwenen, zo geven producenten zelf aan. Je zou echter verwachten dat diepterecords in de aardgasprijzen een effect moeten hebben. Waarom is dit niet het geval?
Nieuwe afspraken
Het 'kunstmestjaar' loopt van juli tot en met mei of juni. Producenten maken dan afspraken voor het inkopen van hun grondstoffen en daar hangt de kunstmestprijs weer deels aan vast. Ook met groothandelaren of de handel worden afspraken over een langere termijn gemaakt. Verkopende partijen hanteren daarom een gelijkblijvend prijsniveau. Wordt hier toch van afgeweken, dan is het vooral om te mogen leveren. Verkopers nemen genoegen met minder marge om toch handel te kunnen doen.
Die handel is overigens erg rustig, zo geven de ondervraagde bedrijven aan. Groot inkopen in bulk wordt steeds minder gedaan, zo wordt gezegd. Veehouders hebben vaak de benodigde kunstmest al in huis en ook akkerbouwers kopen minder snel op voorraad. Daarnaast is duidelijk merkbaar dat meer reststromen worden ingezet waar dat mogelijk is.
Minder ureum
Met een nieuw verkoopseizoen voor de deur proberen handelaren wel scherp in te kopen, maar kunstmestproducenten tonen zich onvermurwbaar. Zij zien het huidig prijsniveau als de bodem en kijken liever omhoog dan naar beneden. Producenten zien dit jaar dat de vraag naar ureum duidelijk is afgenomen. Vooral omdat de Duitse mestwetgeving aanvullende eisen stelt voor het gebruik van deze meststof, die eerder vervluchtigt en dus minder milieuvriendelijk is. Telers moeten de meststof direct inwerken of een vervluchtigingsremmer toedienen. Dat wordt als lastig ervaren, dus wordt bij onze oosterburen veel meer KAS toegepast. In de Benelux is dat al veel langer de praktijk.
Op de wereldmarkt zijn wel fikse prijsdalingen te zien. Bijvoorbeeld ook voor fosfaat- en kalimeststoffen, terwijl die in ons land stabiel bewegen. Wereldwijd is de prijs van Mono-Ammonium Fosfaat (MAP) en Diammonium Fosfaat (DAP) vooral flink gedaald. Op de wereldmarkt kost een ton MAP nu $433, waar dat een jaar eerder nog ruim $530 was. Die prijs is in een decennium niet zo laag geweest. De prijs van ureum ligt op de wereldmarkt bijna een vijfde lager en die van fosfaat zo’n 5% lager.
Nederlandse prijzen
In Nederland zijn de prijzen bijna in beton gegoten, zo toont de grafiek. De prijs van KAS27 nam begin april zelfs nog toe, tot €22,55 per 100 kilo. De prijs van Nutramon-KAS daalde in deze periode juist iets, tot €21,30 per 100 kilo. In vergelijking met een jaar eerder liggen de prijzen wel enkele euro's lager. Ook de prijzen van kalizout en tripelsuperfosfaat zijn zeer stabiel.