Net zoals in Nederland loopt ook in Duitsland de mestafzet niet op rolletjes. De omstandigheden zijn zelfs erger dan sceptici hadden ingeschat. Het resulteert in torenhoge ophaalbijdragen, terwijl oplossingen niet voor handen liggen.
Hoewel het weer de afgelopen weken redelijk was, heeft dat niet voor de gewenste verlichting op de Duitse mestmarkt gezorgd. Het probleem is dat er bijna geen plaatsingsruimte te vinden is, omdat Duitse akkerbouwers flink minder mest afnemen. De situatie heeft te maken met de zogeheten 'Düngeverordnung', die vorig jaar is aangescherpt.
In het noordwesten van Duitsland (Noordrijn-Westfalen en Nedersaksen) zijn de mestproblemen het grootst. Dit komt omdat de vee-concentratie in deze gebieden het dichtst is.
Akkerbouwers nemen nauwelijks af
Het voorjaar is in Duitsland de belangrijkste periode om mest uit te rijden. Het streven om de mestputten voor de zomer leeg te hebben, dreigt bij veel Duitse varkenshouders te mislukken. Het zorgt voor een nijpende situatie. Dit omdat pas vanaf volgend voorjaar weer serieuze volumes kunnen worden uitgereden. Door de nieuwe mestwetgeving mogen Duitse akkerbouwers in het najaar nauwelijks nog mest aanwenden.
Ook de Nederlandse mestexporteurs ervaren flinke tegenwind op de Duitse afzetmarkt. Dit blijkt ook uit de mestexportcijfers, die dit jaar flink zijn teruggelopen.
Torenhoge ophaalbijdragen
De ophaalbijdragen, die de Duitse veehouders moeten betalen, zijn hierdoor flink opgelopen tot maximaal €30 per kuub voor varkensmest. De mestafzetkosten zijn dit jaar al met zo’n €15 per vleesvarkensplaats toegenomen. Het zet de inkomens van de Duitse varkenshouders onder druk; eens te meer omdat de varkensprijzen in 2018 fors lager noteren dan in de afgelopen 2 jaar. De verwachting is dat de ophaalbijdragen tot het einde van het jaar er dik op blijven staan.
Het terugschroeven van de mestproductie is naar verluidt de enige manier om de mestputten niet te laten overstromen. Aangezien de vraag naar vleesvarkens vanaf het najaar vaak wat terugloopt, is de verwachting dat Duitse vleesvarkenshouders hierop gaan anticiperen door minder biggen op te leggen. Vermeerderaars hebben die flexibiliteit niet. Dit betekent dat zij waarschijnlijk het hardst worden getroffen.
Illegaal uitrijden
Vanuit de Duitse politiek hoeven varkenshouders geen steun te verwachten. Barbara Otte-Kinast, de minister van Landbouw van Nedersaksen, heeft recentelijk te kennen gegeven dat het beperken van de (mest)productie op varkensbedrijven een oplossingsrichting kan zijn. Ondertussen wordt in de wandelgangen gesuggereerd dat gemengde bedrijven in Duitsland (akkerbouw in combinatie met vleesvarkens) mogelijk meer mest aanwenden op hun eigen land, dan wettelijk is toegestaan. Dit omdat de situatie te nijpend is.
Extra mestverwerking
Op de middellange termijn zet de politiek in op extra mestverwerking. In Cloppenberg (Nedersaksen) is een fabriek in aanbouw waar jaarlijks 1 miljoen kuub mest kan worden verwerkt, zo bericht Agrarzeitung. In Noordrijn-Westfalen opent deze zomer een mestverwerkingslocatie met de capaciteit van 200.000 ton mest. Kenners van de Duitse mestmarkt laten weten dat de nieuwe verwerkingscapaciteit slechts een druppel op een gloeiende plaat is.