Vloeibare zuivelmarkt maakt pas op de plaats

Dat dit gebeurt, is niet helemaal verbazend. De prijzen stegen in de voorbije weken al steeds moeizamer en het dal in de melkaanvoer lijkt nagenoeg achter de rug, vooral in Nederland. Bovendien stijgen de vet- en eiwitgehaltes in de melk stevig.

Grote volumes worden ondertussen niet verhandeld op de spotmarkt. Al stabiliseren enkele prijzen, ze doen dat wel op een hoog niveau. Dit voor wat betreft de aanbodkant. Aan de vraagzijde speelt dat de hoge prijzen wel een barrière zijn. Verwerkers die geen melk of ander product bij hoeven te kopen, doen dat niet. Met een inkoopprijs van 60 cent of meer voor een kilo melk blijft er niet heel veel over om nog wat mee te verdienen.

De afzet van room en concentraat loopt nog steeds redelijk door. Magere melkconcentraat is nog steeds even duur als de magere melkpoeder die er vaak van wordt gemaakt. Dat rendeert dus niet. Betere afzet voor het concentraat is er bij de export naar Griekenland. Daarvandaan blijft goede vraag bestaan.

De prijzen voor room en boter zakken een fractie terug, omdat de markt verdere richting zoekt. Boter blijft schaars, maar een Duitse boternotering van ruwweg €8.500 per 1.000 kilo veroorzaakte woensdag vooral ongeloof.
De magere melkpoederprijs zakt deze week wel weer terug, maar daar staat tegenover dat de kaasnotering blijft oplopen. Fabrikanten produceren volop.

Dat heeft mede tot gevolg dat de prijzen voor vloeibare wei steeds verder dalen. Weiconcentraat brengt tussen de 40 en 50 cent per kilo op, bijna de helft minder dan de piekprijs een goede maand terug.