Het positieve sentiment op de zuivelmarkt houdt nog even stand, als de GDT-veiling daar tenminste de graadmeter voor mag zijn. De gemiddelde verkoopprijs steeg niet meer met het percentage als op de vorige veiling, maar toch was er met een stijging van gemiddeld 1,7% opnieuw een positief resultaat.
Niet iedereen in de zuivelsector had daar op durven hopen. Waarschijnlijk heeft het beperkte aanbod van product daar ook een rol bij gespeeld. Met een verhandeld volume van 17.637 ton kwam er het kleinste aanbod sinds begin mei 2020 voor de klok langs.
In Nieuw-Zeeland heet het de eerste veiling van het nieuwe verkoopseizoen te zijn, maar er werd ook Amerikaans en Europees product verhandeld. Daarbij viel op dat voor meerdere producten - niet alle - de hoogste prijzen werden genoteerd voor levering op korte termijn.
De grootste prijsstijging werd deze keer geregistreerd voor een van de kleinste producten; karnemelkpoeder, dat 10,4% duurder werd verkocht. Bij de grote productstromen was het magere melkpoeder dat het sterkste in prijs steeg. Hier ging de gemiddelde verkoopprijs met 3% omhoog.
De prijs van volle melkpoeder, standaard het grootste product op de GDT, steeg met hetzelfde percentage als de gehele GDT-veiling. Namelijk met 1,7%.
Boter en boterolie blijven, net als in Europa, de duurste commodity's op de veiling, waarbij opvalt dat Nieuw-Zeelands product voor levering op korte termijn hogere prijzen oplevert dan Europees product. Voor leveringen in september en later draait het beeld.