In een week tijd is de stemming op de zuivelmarkt aardig veranderd. De duidelijk positieve ondertoon van vorige week heeft plaatsgemaakt voor meer afwachtendheid. Er zitten dan ook duidelijk meer productprijzen in een dalende lijn. De kaasprijs nog niet echt, maar de prijzen voor poeders, room, concentraat, rauwe melk en met name boter vielen terug.
De terugval van de boterprijs was het opvallendst, maar toch zijn er weinig marktpartijen echt door verrast. In de voorgaande weken is de boterprijs namelijk behoorlijk hard gestegen. Met dit in het achterhoofd is het niet gek dat er een keer een correctie optreedt.
Met de laatste prijsdaling voor concentraat lijkt het zo langzamerhand wel weer lonend te worden om magere melkpoeder te produceren, al blijft er dan wel weinig marge over. De actuele vraag naar magere melkpoeder is bovendien zwak. Wie echte volumes melkpoeder wil verkopen, moet exporteren, maar Europees product is nog steeds aan de dure kant om mee te kunnen op de wereldmarkt. Dat geldt in ieder geval voor anoniem product.
Wie betere kwaliteit produceert, bijvoorbeeld instant product of een product van een bekende en gewilde herkomst, die kan nog redelijk goede zaken doen, maar heel vlot gaat het allemaal niet. Voor veel Afrikaanse bestemmingen verloopt de betaling moeizaam en veel Aziatische markten zijn nog altijd lastig te bereiken vanwege de problemen in de Rode Zee.
Slechts vrij beperkte export nodig
Mensen uit de poederhandel menen overigens wel dat Europa relatief weinig poeder hoeft te exporteren om de druk van de interne markt te halen, omdat het binnenlandse verbruik in de EU relatief hoog is en er ook genoeg melk in andere marktsegmenten wordt verwerkt. Daarmee zit de EU in een bepaald andere situatie van bijvoorbeeld Nieuw-Zeeland of de VS.