Het is niet de drukste tijd van het jaar voor ruwvoer. Dat is in de bijproducten wel anders. Van schaarste in bijproducten is geen sprake meer. Het wordt voor veehouders een stuk vriendelijker.
Het voorjaar verloopt tot nu toe zacht. Helaas blijft het wel nat. Mest rijden valt daardoor bepaald niet mee en voor veehouders die mest moeten afvoeren blijven de kosten hoog. Het helpt de stemming in de sector in elk geval niet en grote voeraankopen worden waar mogelijk doorgeschoven volgens enkele handelaren.
Verschillende bijproducten zijn goed te krijgen. Levertijden van aardappel- en tarwebijproducten of bierbostel hangen eerder af van de beschikbaarheid van transport. Dat het niet voorhanden is, is geen probleem meer. Een rondje bellen langs verschillende leveranciers is snel lonend voor de koper, gezien de verschillende prijzen waarmee ze de boer op gaan. Er is daarnaast ook best wat speelruimte, bijvoorbeeld vanaf een bepaald volume en met flexibele levertijden, zo laten enkele spelers doorschemeren.
De DCA Indicatieprijs voor bierbostel doet een stapje terug deze week naar €3,70 per procent droge stof. Voeraardappelen blijven de uitzondering. Hiervan is het aanbod zeer krap. De DCA Indicatieprijs blijft stabiel op €60 per ton.
Meer vraag naar voerstro
Naar gerstestro is vrij veel vraag. Spaans gehamerd stro is erg duur en goed graszaadhooi is er niet veel. De DCA Indicatieprijs voor stro komt uit op €140 per ton voor zowel tarwe- als gerstestro. Graszaadhooi staat op €170 per ton zonder noemenswaardig onderscheid tussen rassen. Weidehooi blijft aardig in trek. De DCA Indicatieprijs blijft stabiel op €200 per ton.
Maïs en kuilgras maken geen bokkensprongen. De intensieve bedrijven die altijd kuilgras bijkopen blijven dat nu ook doen, maar veehouders die als er op tijd gemaaid kan worden het redden, houden de boot af. Liever later bijkopen dan duur voer overhouden, lijkt het devies. De DCA Indicatieprijs voor kuilgras staat op €95 per ton. Maïs blijft eveneens stabiel op €100 per ton.