Nieuws Melk
Griekse yoghurtfabriek later open in Hoogeveen
De oplevering van de Hoogeveense fabriek van yoghurtfabrikant Fage is opnieuw met een jaar vertraagd. Dit meldt de onderneming in het pas gepresenteerde jaarverslag over 2022. Voor de stroomvoorziening in Riegmeer zou dat misschien goed uitkomen.
Dit artikel lezen?
Word abonnee en krijg direct toegang
Kies het abonnement dat bij je past
De komst van de fabriek naar Hoogeveen betekent ook dat er melk voor nodig is. Fage heeft daar nog niets over gezegd, maar de onderneming moet de grondstof voor haar product inkopen, via de zuivelhandel of van boeren zelf.
Volgens de laatste berichten wordt de oplevering van de fabriek nu verwacht in de eerste helft van 2026. Aanvankelijk zou de fabriek medio volgend jaar gaan draaien, maar dat werd later met een jaar vertraagd. Nu is er dus nog meer vertraging. Dit zou volgens het jaarverslag onder meer komen door wisseling van aannemers en ook veranderingen in de geplande installaties.
Door de vertraging worden mogelijk ook verdere problemen voorkomen bij de aansluiting van de fabriek op een reeks nutsvoorzieningen op industrieterrein Riegmeer. Daar zou met name de aansluiting op een essentiële hoogspanningslijn niet voor 2026 klaar kunnen zijn.
Fage is nog steeds van plan om een fabriek te bouwen met een capaciteit van 40.000 ton Griekse yoghurt op jaarbasis. En ondanks vertragingen en andere gebeurtenissen, heeft Fage hier inmiddels toch al een bedrag van €13,6 miljoen voor uitgetrokken, waarvan nu iets meer dan €2 miljoen als harde verplichting. Op een totale investering van €150 miljoen is dat nog steeds een beperkt bedrag, maar het jaarverslag maakt duidelijk dat de onderneming wel steeds meer middelen steekt in de bouw van de fabriek.
Last van huismerk
Het Griekse familiebedrijf signaleert in het jaarverslag wel dat Griekse yoghurt onder merk, zoals die van Fage, in de retail steeds meer concurrentie ondervindt van huismerkproducten. Dat is omdat de consument minder te besteden heeft en dus kiest voor goedkoper product. Toch houdt de onderneming vertrouwen in de markt op langere termijn.
Over het afgelopen jaar boekte het bedrijf een omzet van ruim $552 miljoen, tegenover bijna $536 miljoen in 2021. Door fors gestegen grondstofkosten (vooral melk) en ook druk op de afzet van merkproducten, daalde de brutowinst van $191 miljoen naar bijna $172 miljoen. De nettowinst steeg daarentegen van €15,8 miljoen naar $29,3 miljoen.