"De zuivelsector in Nederland doet er toe, ondanks dat je op basis van overheidsuitingen bijna anders zou gaan denken", aldus Arjan Schimmel, voorzitter van brancheorganisatie ZuivelNL, op de nieuwjaarsborrel die dinsdag 10 januari na twee jaar corona weer fysiek plaatsvond. Daarvoor werd met de traditie gebroken; want niet Den Haag, maar een sfeervolle horecaboerderij in het Gelderse Renkum was hiervoor als onderkomen gekozen.
De zuivelsector begint bij de boer, benadrukt Schimmel in zijn toespraak. Dit is natuurlijk een open deur, maar wel goed om te realiseren. "Want zonder melk komt de zuivelsector niet vooruit." Daarmee doelt de voorzitter op de positie van de melkveehouders die vandaag de dag behoorlijk onder druk staat.
Wat is export?
Het economisch belang van de zuivelsector in Nederland is goed om te realiseren, vindt Schimmel. "In totaal creëert de zuivelsector jaarlijks een productiewaarde van €18 miljard, zowel primair als in de verwerking." Volgens Schimmel gaat de overheid hier veel te gemakkelijk aan voorbij. Vaak wordt dan gezegd dat de zuivelsector voornamelijk op export leunt, maar dat verdient een nuance.
Exportwaarde Nederlandse zuivelsector |
Van de totale productiewaarde van €18 miljard komt volgens de jongste ramingen van ZuivelNL €10,5 miljard voor rekening van de industrie en €7,6 miljard voor rekening van de melkveehouderij. De totale exportwaarde bedraagt zo'n €10 miljard. Dat is inclusief de re-export. Van het totale volume Nederlandse zuivel blijft 30% in Nederland en gaat 45% naar landen in de Europese Unie, vooral naar landen dichtbij. Een kwart gaat naar bestemmingen buiten de EU, met China, de VS en het Verenigd Koninkrijk voorop. |
"De Nederlandse zuivelsector is inderdaad groot geworden met export. Maar wat is de definitie van export eigenlijk? Circa 75% van de zuivelproductie wordt in Europa afgezet. Dat is een totaal andere benadering dan dat tweederde van de productie de grens overgaat. Nederland is lid van de Europese Unie, dus dat zou je als thuismarkt kunnen zien." Met deze benaderingswijze denkt Schimmel dat meer maatschappelijk draagvlak te halen is. Het is niet voor niets dat er in Nederland veel melk wordt geproduceerd, jaarlijks zo'n 13,8 miljard kilo. Het klimaat leent zich er uitstekend voor, net als het ondernemersklimaat, zo somt Schimmel op.
Veel druk op sector
De thema's die drukken op de positie en omvang van de melkveehouderij zijn niet mis. "Denk aan klimaat, energie, water en stikstof." De optelsom van deze plannen zou volgens Schimmel zomaar een krimp van 30% á 40% van de Nederlandse melkveehouderij kunnen betekenen. "Zo'n kaalslag kan toch niet waar zijn." De komende maanden worden cruciaal, verwacht Schimmel. Het is volgens hem belangrijk dat de sector als één blok de juiste argumenten kan aandragen aan LNV-minister Piet Adema om zo tot een goed landbouwakkoord te komen, waarin de toekomstige kaders duidelijk worden.
Ondanks dat het zwaard van Damocles boven de melkveehouderij hangt, is Schimmel niet per se pessimistisch. "Ook met minder boeren kan Nederland een substantiële hoeveelheid melk blijven produceren, daar ben ik van overtuigd. Op dit moment stopt elke dag één melkveehouder in ons land, waarmee het aantal is geslonken tot 14.700. Als we dit natuurlijk verloop goed managen en daarvoor de tijd nemen, dan kan de melkveehouderij op een sociaal goede en economisch verantwoorde manier blijven bestaan. Dat moet de inzet zijn richting het kabinet", zo besluit Schimmel zijn speech.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
Dit is een reactie op het Boerenbusiness artikel:
[url=https://www.boerenbusiness.nl/melk/artikel/10902432/kaalslag-melkveehouderij-kan-toch-niet-waar-zijn]'Kaalslag melkveehouderij kan toch niet waar zijn'[/url]