Best wel onverwacht onthulde Vreugdenhil Dairy Foods begin deze week op zoek te gaan naar melk in België. Ook A-ware, FrieslandCampina en Farmel zoeken bij onze Zuiderburen actief naar nieuwe leveranciers. Nederlandse zuivelproducenten worden steeds ruimdenkender in de zoektocht naar melk, al moeten ze waarschijnlijk wel alles uit de kast trekken om melkveehouders te binden.
Met de komst van Nederlandse particuliere verwerkers is de Belgische zuivelmarkt behoorlijk opgeschud. In eerste instantie kwam Farmel. Eind 2020 diende ook A-ware zich aan toen het bedrijf de melkpoederactiviteiten van FrieslandCampina in Aalter overnam. Intussen zijn ze de tweede grootste melkverwerker van Vlaanderen en de honger naar melk is nog niet gestild. Nu mengt ook Vreugdenhil zich in de strijd. Deze terminologie klinkt wel wat zwaar, maar is niet overdreven. Een zegsman van Milcobel zei kortgeleden in ZuivelZicht: 'Er is stilaan een oorlog om de melk aan de gang'. Deze rake woorden verklappen dat het spel hard gespeeld wordt.
Exodus bij Milcobel
De Belgische zuivelcoöperatie kon lange tijd op haar lauweren rusten, maar die tijden zijn voorbij. Milcobel kende de afgelopen jaren een uittocht van leden. De melkprijs was ver ondermaats. Daarbij hekelden veel leden de arrogantie houding van het bedrijf, al is intussen wel een andere koers ingezet. De uittocht was zelfs zo groot dat Milcobel met een uittredingsverbod op de proppen kwam. Hierop volgden pijnlijke rechtszaken. Vooral A-ware profiteerde dankbaar van de collectieve ontevredenheid en contracteerde honderden melkveehouders.
Dat Vreugdenhil nu ook over de grens naar melk zoekt, geeft aan dat de appels in eigen land minder los aan de boom hangen. In de afgelopen jaren wisselden veel melkveehouders van verwerker, maar het aantal wisselingen stagneert. Vreugdenhil begroette meer dan 100 nieuwe leveranciers, jaarlijks goed voor 140 miljoen kilo extra aanvoer. Een behoorlijke sloot melk erbij, maar Vreugdenhil wil meer en richt zich daarom dus nu ook op België. Het is een logische strategie. Veel zuivelbedrijven maken zich zorgen om het hoge aantal stoppers in de Nederlandse melkveehouderij, door vergrijzing en het stikstofbeleid. Daarmee dreigt er een overcapaciteit aan roestvrijstaal in de fabrieken.
De stap naar België is gedurfd, maar misschien is Vreugdenhil wel wat aan de late kant. In de afgelopen twee jaar hebben veel melkveehouders immers al een keuze gemaakt en waarschijnlijk blijven ondernemers niet switchen. De poederproducent is echter vol vertrouwen. Wel noemen ze het plan uitdagend. Met een - naar eigen zeggen - mooie melkprijs denken het bedrijf Belgische melkveehouders te kunnen overtuigen. Dit argument snijdt zeker hout. De tijden dat de poedervoorraden in interventie de melkprijs drukten, zijn allang voorbij. In Nederland staat Vreugdenhil al tijden ruim bovenaan in de basis-melkprijsvergelijker. De melkprijs zal voor Belgische leveranciers min of meer gelijk zijn aan Nederland, zo geeft Vreugdenhil desgevraagd aan.
Stevige concurrentie
De melkprijs is uiteraard zwaarwegend in de keuze voor een verwerker. Belgische melkveehouders blijken bovendien minder chauvinistisch dan je zou verwachten. Dit blijkt wel uit de enorme toestroom bij A-ware wat tot voor kort een onbekende speler was voor onze Zuiderburen. Dat A-ware België nu ook in Zuidwest-Nederland gaat werven, is echter een signaal dat de aanwas in België stagneert. Vreugdenhil moet er waarschijnlijk flink aan trekken om melkveehouders los te weken. Vooral ook omdat de melkprijs van Milcobel weer concurrerend is. De ambities zijn bovendien groot, in de loop van 2024 hoopt Vreugdenhil 100 miljoen kilo melk te hebben gecontracteerd. Dat komt neer op zeker 80 nieuwe leveranciers.
Op de achtergrond is ook FrieslandCampina nog bezig om nieuwe leveranciers in België te verwelkomen, net als in Duitsland overigens. In de zoektocht naar melk zoekt de zuivelcoöperatie ook nadrukkelijk in de buurlanden. Waar Vreugdenhil zich tot de provincie Antwerpen beperkt, kijkt FrieslandCampina in heel Vlaanderen rond. Om de aanwas extra kans te geven, is de toetredingspremie voor nieuwe leden verlaagd. Bij de particuliere verwerkers is geen inleg nodig. Op papier is dat een voordeel.
Overigens jagen niet alleen Nederlandse verwerkers op melkveehouders in België. Ook de gevestigde orde van de Belgische zuivel staat open voor extra aanvoer. Milcobel zag immers veel leden vertrekken en kan nieuwe aanwas goed gebruiken. Laiterie des Ardennes (LDA) opende kortgeleden een nieuwe fabriek en ook Arla is niet onwelwillend. Met andere woorden: de keuze is reuze. In België zal de melkprijs meer dan ooit onder de loep liggen nu het krachtenspel intensiveert.