De Global Dairy Trade (GDT) is vandaag (dinsdag 2 augustus) voor de derde veildag op rij fors onderuit gegaan. Hierdoor liggen veel van de noteringen van de zuivelproducten als melkpoeder en boter inmiddels op het niveau van het najaar van 2021.
De tanende zuivelexport naar China en de zwakke zuivelmarkt door de economische tegenwind zijn de voornaamste oorzaken van rappe daling van de zuivelprijzen op de GDT. In een kleine zes weken tijd zijn de prijzen op de mondiale zuivelveiling met 14,5% gedaald. Op 5 juli werden de zuivelproducten met gemiddeld 4,5% afgewaardeerd, gevolgd door een daling van 5% op 19 juli en nu dus eveneens 5% vandaag. De GDT Price Index staat met 1.163 punten nu op het laagste niveau sinds eind februari 2021.
De verkochte volumes nemen langzamerhand weer iets toe, wat ook logisch gezien de weer oplopende melkaanvoer. Op deze veiling werd 27.500 ton product verkocht.
'Grote' producten harder omlaag
Waar de index weer met 5% daalde, zakten de prijzen van de grote producten, te weten volle melkpoeder, magere melkpoeder en boter nog harder in prijs. Magere melkpoeder daalde met gemiddeld 5,3%, vol poeder en boter moesten beide 6,1% prijsgeven.
De verdere daling van de boterprijzen opent extra perspectieven voor export naar Europa, hoewel de boterprijs daar ook onder druk staat.
Prijsverschil NZ- en EU-boter bijna €2.000 per ton
De prijzen 'down-under' gaan evenwel harder omlaag, waardoor het voor handelaren prijstechnisch gezien steeds interessanter wordt om een kansje te wagen. Er loert een gat van bijna €2.000 per ton.
Bij de volle melkpoeders blijven de instant en UHT-poeders een prijsverschil vasthouden van gemiddeld zo'n $100 per ton ten opzichte van de medium heat poeders.
Mager EU-poeder goedkoop verkocht
Bij de magere melkpoeder valt op dat Europees product hier wordt verkocht voor omgerekend ruim €3.400/€3.430 per ton, wat ruim onder de huidige West-Europese prijs voor magere melkpoeder ligt.