De uitstoot van een gemiddelde emissiearme stal is twee keer zo groot als die volgens opgave door de fabrikant (en goedgekeurd door RVO) zou moeten zijn. Dit hebben medewerkers van het RIVM gezegd tijdens een technische briefing in de Tweede Kamer.
Het RIVM werkt bij de berekening van de stikstofemissie van stallen daarom ook niet met de emissiewaarde volgens de zogenoemde RAV-lijst, maar met een eigen berekeningswijze. "Afhankelijk van het staltype kan de feitelijke emissie een factor 1,1 tot 3,8 hoger zijn dan volgens opgave. Gemiddeld is het een factor 2," aldus onderzoekster Margreet van Zanten. Het RIVM hanteert daarmee een soort praktijkcorrectie, zo werd gesteld.
40.000 stallocaties
Het RIVM zegt de emissiegegevens van 40.000 stallocaties in haar systeem te hebben. De emissies en precieze vestigingsplek van de stallen worden berekend aan de hand van UBN-nummer, plus de data uit de gecombineerde opgave, I&R-gegevens en de opgave voor de EU-betalingen.
Collega-onderzoeker Kees van Luijk stelde desgevraagd in de Kamer dat het RIVM een redelijk goed zicht heeft op de emissiesituatie in Nederland, ook al zijn er fouten gemaakt bij het opstellen van met name een top-100 van grootste ammoniakuitstoters.
Emissie en depositie
Tijdens de briefing was niet altijd duidelijk wanneer het ging over emissie en wanneer over depositie. Het RIVM zei ook dat het - met behulp van modellen - wel mogelijk is om de emissie van industrie en verkeer te meten en toe te rekenen. Voor de landbouw kan dat volgens hem niet, maar moet dan worden uitgegaan van depositie.
Tweede Kamerleden reageerden verbaasd over de uitspraken van het RIVM over de emissiearme stallen. Te meer omdat de rechter ook al vragen plaatst bij de daadwerkelijke emissie van emissiearme stallen en stelt dat niet alleen uitgegaan kan worden van de gegevens die de fabrikant opgeeft. Tweede Kamerlid Thom van Campen (VVD) vroeg zich af of – als voor de vergunningverlening niet met de gegevens uit de RAV-lijst kan worden gewerkt – er niet wél gekeken kan worden naar de praktijkcijfers zoals het RIVM die hanteert.