We naderen het einde van maart en over ruim drie weken wordt de eerste maïs in Nederland waarschijnlijk alweer gezaaid. Tijd om aan de slag te gaan op het land! Ruwvoerspecialist Antoon Verhoeven geeft praktische tips voor een goede aanpak van het vanggewas en de bemesting.
Een vanggewas dient om nutriënten op te nemen die niet zijn benut door de maïs en deze beschikbaar te stellen voor de volgende teelt. Om optimaal te profiteren van deze nalevering is het belangrijk het vanggewas op het goede moment in te werken. Maïs neemt vanaf het kiemen tot de tweede helft van juli stikstof op. Het vanggewas heeft zo'n twee maanden nodig om te verteren, dus moet deze uiterlijk eind maart ingewerkt worden.
Indroging beperken
Elke grondbewerking zorgt voor indroging van de bodem. Telers die zoveel mogelijk vocht willen behouden, adviseren we zo ondiep mogelijk te werken. Zorg voor een goede vermenging van het vanggewas door de bovenste bovenlaag, zodat de mineralisatie goed op gang komt.
Bemestingsplan
Voor een geslaagde maïsteelt is een goede nutriëntenvoorziening noodzakelijk. Bij een drogestofopbrengst van 19 ton per hectare is er ongeveer 212 kg N nodig. Maak een bemestingsplan voor je percelen zodat je het gewas voldoende voedt en je mest optimaal benut: