De Nederlandse zuivelindustrie heeft vorig jaar niet alleen zo'n 2,5% minder melk ontvangen, maar heeft ondertussen ook het assortiment van 'commodities' enigszins verlegd. Zo kwam er minder volle melkpoeder, maar meer magere melkpoeder en meer condens uit de fabrieken.
Dit blijkt uit een recent overzicht van RVO Nederland. Procentueel gezien waren de grootste veranderingen zichtbaar bij de productie van volle melkpoeder. Daarvan daalde de productie met bijna 32% naar 120.011 ton, noteert RVO. De productie van magere melkpoeder steeg anderzijds met bijna een kwart naar ruim 88.200 ton. De productie van gecondenseerde melk steeg ondertussen met bijna 18% naar krap 390.000 ton.
Ook bij de andere commodities zijn verschuivingen zichtbaar. Zo werd zo'n 70.000 ton minder consumptiemelk geproduceerd uit de Nederlandse melkaanvoer en 20.000 ton kaas. Anderzijds werd zo'n 6.500 ton meer kaas geproduceerd dan in 2020.
RVO geeft met de huidige cijfers geen data over producten als room, magere melkconcentraat en wei. De lagere melkaanvoer blijft ook dit jaar de toon zetten op de zuivelmarkt. Over januari werd een 2,7% lagere aanvoer gemeld dan in januari 2021. In omringende landen speelt eenzelfde probleem.