Veevoer wordt wereldwijd steeds duurder door het kleine aanbod van voergrondstoffen en de bijbehorende hoge grondstofkoersen. Voor veel veehouders is het een uitdaging om de productiekosten in het groen te houden. Leidt dit ertoe dat het eindproduct uiteindelijk duurder wordt?
De impact van de stijgende voerkosten wordt voor de veehouders steeds duidelijker. Het vergt bijvoorbeeld meer moeite om de marges positief te houden. In het Verenigd Koninkrijk is in december de zogenaamde 'melk-voerprijsverhouding' gedaald naar 1,12. Dit is het laagste niveau sinds juli 2016. Een dergelijke lage verhouding tussen de melkprijs en de voerprijs vergroot de kans op een krimp in de melkproductie. In het voorjaar van 2019 werd een verhouding van 1,16 behaald en daalde de productie in de zomermaanden.
Bijzonder hoge voerprijzen
Het meest recente 'Feed Market Report' in het Verenigd Koninkrijk toont aan dat de prijzen voor zowel tarwe als gerst hoog blijven. Eind januari noteerde de prijs voor Britse voedertarwe (af boerderij) £204,50 per ton. Omgerekend is dat €232,60 per ton, een stijging van 34% ten opzichte van vorig jaar. De prijs voor voedergerst ligt 22% hoger, op circa £155 per ton (€176 per ton). In Nederland ligt de prijs voor gerst bij Beurs Goes op €192 per ton, wat ongeveer 26% hoger is dan vorig jaar. Voor tarwe wordt op dit moment €211 per ton betaald: +24%.
Daarnaast is vanuit veehouders extra vraag naar eiwitrijk voer, maar door het beperkte aanbod is de prijs fiks gestegen. In Nederland komt de prijs voor bijvoorbeeld bierbostel op €2,90 per procent droge stof. In dezelfde periode vorig jaar bedroeg de prijs 'slechts' €2,50 per procent droge stof. Vooral de hoge sojaprijs legt een bodem in de markt. De notering op de CBoT staat op $13,87 per bushel, een plus van bijna 40% ten opzichte van een jaar eerder. Ook in het Verenigd Koninkrijk is het effect van de hoge sojaprijs zichtbaar. Daar is de krachtvoerprijs inmiddels omgerekend €283 per ton, wat ongeveer €25 hoger is dan het 5-jarig gemiddelde.
Ook in Rusland hebben veehouders moeite met de hoge voerkosten. De prijzen voor koolzaad en maïs zijn afgelopen periode namelijk ook fors gestegen. Op de Matif noteert koolzaad €444,75 per ton (+13%) en is de notering voor maïs gestegen naar €219 per ton (+30%). Waar een Russische veehouder in 2019 maïs kocht voor 7 à 8 roebel, is dat over het afgelopen jaar gestegen naar 15 à 16 roebel. Kortom: de kosten op de boerderij zijn met zo'n 40% gestegen.
Eindproduct wordt duurder
Nu de kosten op de veehouderijen zo sterk toenemen, is de verwachting van verschillende analisten dat de prijs van het eindproduct zomaar eens met 5% kan stijgen. Dit omdat er niet wordt verwacht dat de prijzen voor voergrondstoffen op korte termijn omlaag gaan, gezien sprake is van een relatief krap aanbod wereldwijd. En, als de veehouderijbedrijven aan het einde van het jaar nog groene cijfers willen schrijven, dan kunnen zij hun product niet voor dezelfde prijs als vorig jaar verkopen. Maar, dan rijst wel de vraag: wie gaat dat betalen?