Boerenbusiness Feiten

Wat doet fosfaatreductie met de melkveehouderij?

13 Mei 2017 - Herma van den Pol

De melkveehouderij ontwikkelde zich in de laatste 30 jaar binnen de kaders van het melkquotum. Die kaders werden vervangen door een Melkveewet en een AmvB grondgebondenheid. In 2017 moest plaats gemaakt worden voor een veranderende Regeling fosfaatreductie. In samenwerking met CBS schetst Boerenbusiness de koers die de melkveehouderij gaat aanhouden.

Melkveehouders waren tot en met 2015 gedwongen om voor een hogere productie van melk een quotum aan te kopen. Of zij moesten een superheffing betalen, wat overigens zo nu en dan prima uitkon. Dit resulteerde in een melkveehouderij met een riante jongveebezetting. Dat kwam doordat daar geen quotum voor nodig was, maar een kudde melkkoeien met een optimale melkproductie.

75

stuks

jongvee per 100 koeien

15 procent minder jongvee
Nederland kende in 2000 ook een gemiddelde jongveebezetting van 88 stuks per 100 melkkoeien. Dit gemiddelde zakte in 2016 terug naar 75 dieren per 100 koeien, een teruggang van bijna 15 procent.

De verschillen per provincie zijn ook behoorlijk groot. Zo staken Zeeland en Limburg in 2000 met aantallen van 109 en 101 stuks jongvee per 100 koeien er met kop en schouders bovenuit. In 2016 zijn het nog steeds de koplopers in jongvee, maar dan met respectievelijk 80 en 85 stuks jongvee per 100 melkkoeien. 

De kleinste kudde jongvee telt Zuid-Holland. Daar lopen in 2016 per 100 melkkoeien nog 66 stuks jongvee. Dat is een daling van 6,4 procent. Hierin is geen onderscheid gemaakt tussen melkveehouderijen en bedrijven die zich alleen bezighouden met de opfok van jongvee voor melkveebedrijven. 

Spreiding tussen aantallen jongvee krimpt

Kudde wordt ouder
De Melkveewet, in combinatie met de AmvB, richt zich op de combinatie mestafzet en grond. Dit houdt ook in dat jongvee en vaarzen, die nog niet gekalfd hebben, van belang worden voor het rendement van het bedrijf. Met dat in het achterhoofd is het niet vreemd dat de spreiding tussen de aantallen jongvee van 2000 tot en met 2016 bijna halveerde. De gemiddelde kudde op melkveebedrijven wordt daardoor steeds ouder.

In 2017 komt deze ontwikkeling in eerste instantie in een stroomversnelling terecht door de eerste 2 versies van de Regeling fosfaatreductie 2017. Op 28 april wordt daar middels een Jongveegetal weer gedeeltelijk een stokje voor gestoken. Jongvee wegdoen mag wel, maar alleen in combinatie met melkkoeien om de verhouding op orde te houden. Voor nu houdt dit in dat de verhouding van 28 april leidend is voor de rest van het jaar. 

68

euro

per 1.000 euro levert export fokvaarzen op

Dalende trend in export fokvaarzen
De tweede reden dat de gemiddelde kudde steeds ouder wordt, is terug te voeren op de export van drachtige vaarzen en fokvee. Die uitvoerwaarde zakte van 2014 tot en met 2016 terug van 85 naar 68 euro per 1.000 euro, zo becijfert het CBS. Dat is een logisch gevolg van het aantal dat daalde naar 42.000 stuks. Alleen in 2012 werden er minder dieren geëxporteerd. 

De belangrijkste afnemers van de vaarzen in 2015 waren: Hongarije met 21.990 stuks, Rusland met 7.254 stuks en het Verenigd Koninkrijk met 4.535 stuks. De trend richting Hongarije is stijgend en dat geldt ook voor Rusland. De grillige afnemers zijn: Duitsland, Jordanië, Marokko, Frankrijk en Algerije.

In 2017 verloopt de export bijzonder goed en wijzen geluiden erop dat, over de eerste helft van het jaar, het totaal van 2016 al behaald gaat worden. 

Krimp van toekomstige melkplas
Ook dit wijst op een veroudering van de kudde en staat tegelijkertijd garant voor een krimp van de toekomstige melkproductie. Door het jongveegetal is de export van vaarzen een stuk lastiger geworden. Voor elke vaars moet namelijk ook een koe weg. Daarbij wordt een vaars binnen afzienbare tijd doorgeschoven naar de categorie koe. Export houdt dan een mogelijkheid minder over om de melkproductie in de benen te houden.  

Veel slachtingen en hoge export van slachtrunderen

Tegenover de 2 signalen, die wijzen op een oudere kudde, staat een trend die een verjonging inluidt. Het gaat om de vele slachtingen en de hoge export van slachtrunderen. Van 2012 op 2016 groeide de uitvoerwaarde van 140 naar 195 euro per 1.000 euro. Het aantal dieren daalde naar 228.000 stuks. Wat aangeeft dat meer dieren tegen een hogere prijs weggingen. 

Over 2017 zijn nog geen cijfers bekend, maar op basis van de geluiden uit het veld en met de wetenschap dat melkveehouders amper koeien wegdoen, ziet het er naar uit dat de uitvoer van slachtrunderen weer toegenomen is. Dit in combinatie met een stijgende prijs kan resulteren in een verdere omzetstijging in deze categorie.

16

procent

meer slacht dan in 2002

Hoge aantallen naar de slacht
Niet alleen over de grens worden koeien geslacht, ook in Nederland gaan wekelijks hoge aantallen weg. Voor de maanden januari en februari zet het CBS de tussenstand op 101.800 koeien, 2.700 vaarzen en 10.200 stieren. Wat een tussenstand oplevert van 114.800 dieren.

Alleen in 2001 en 2002 waren dat er met respectievelijk 130.200 en 118.100 dieren meer. Tot en met week 17 is het aantal alleen maar verder opgelopen tot 275.931 dieren. Dat betekent dat er in totaal bijna 16 procent meer dieren zijn geslacht dan in 2002. In 2001 zakte het aantal over april drastisch weg. 

Als gevolg van het jongveegetal bestaat er een grote kans dat dit aantal alleen maar verder uit de maat gaat lopen. Zonder jongveegetal dalen doorgaans de slachtaantallen tot de selectieronde net voor de winter.

Logisch gevolg ingezet beleid
Aan beide kanten van de kudde verdwijnen er, door de geschetste ontwikkelingen, forse aantallen dieren. Na 2 maanden GVE-regeling is het jongveepercentage min of meer vastgezet, maar hebben melkveehouders in de melkkoeien nog de vrije hand. Daarmee wordt de veroudering van de kuddes op de bedrijven tot staan gebracht en treedt er juist weer verjonging op. Geen goed nieuws in het streven naar een meer duurzame veehouderij, maar een logisch gevolg van het ingezette beleid.                  

  Export Fokvaarzen      
  gemiddeld prijs per koe      
    2013 2014 2015
  Landen      
         
  Wereld 1714 1682 1478
  Totaal Europa 1682 1659 1424
1 Hongarije 1770 1316 1104
2 Russische Federatie ` 2484 2240
3 Verenigd Koninkrijk 1741 1580 1515
4 Duitsland 2586 1373 1270
5 Jordanië   1801 1900
6 België 1413 1463 1331
7 Spanje 1721 1654 1530
8 Oezbekistan   2295 2288
9 Koeweit 2344 1753 2240
10 Egypte     2100
11 Italië 1577 1419 1372
12 Marokko 1816 1862 1695
13 Frankrijk 1622 1384 1329
14 Polen 1419 1445 1366
15 Algerije 2042 1864 2076
16 Oman 1490 1499 1644
17 Libanon 1564 1765 1696
18 Tsjechië (Republiek) 9286 4727 1620
19 Ierland 3600 17000 1449
20 Denemarken 3833 28000 1324
         

 

  Export Fokvaarzen      
  Aantallen      
    2013 2014 2015
  Landen      
         
  Wereld 44812 50545 48820
  Totaal Europa 37922 42693 43778
1 Hongarije 9114 13906 21990
2 Russische Federatie   6922 7254
3 Verenigd Koninkrijk 10719 9784 4535
4 Duitsland 266 295 2399
5 Jordanië   562 1703
6 België 1997 933 1583
7 Spanje 4368 2120 1192
8 Oezbekistan   1750 1044
9 Koeweit 884 1016 696
10 Egypte     687
11 Italië 959 1033 680
12 Marokko 1928 3714 574
13 Frankrijk 753 1190 517
14 Polen 1808 728 393
15 Algerije 1282 1181 328
16 Oman 155 527 326
17 Libanon 479 459 313
18 Tsjechië (Republiek) 14 11 229
19 Ierland 5 1 227
20 Denemarken 6 1 219
Heb je een tip, suggestie of opmerking naar aanleiding van dit artikel? Laat het ons weten

Herma van den Pol

Herma van den Pol werkt sinds 2011 bij Boerenbusiness en heeft zich door de jaren heen ontwikkeld tot marktexpert Melk & Voer. Daarnaast is zij wekelijks te zien in de marktflits over de zuivelmarkt.
Regenradar
Powered by Agroweer

Bel met onze klantenservice 0320 - 269 528

of mail naar support@boerenbusiness.nl

wil je ons volgen?

Ontvang onze gratis Nieuwsbrief

Elke dag actuele marktinformatie in je inbox

Aanmelden