Achtergrond Emigratie
Bekende bestemmingen blijven populair
Het fosfaatrechtenstelsel blijft ervoor zorgen dat melkveehouders in Nederland de ogen op het buitenland richten. De traditionele emigratiebestemmingen blijven onverminderd populair. Daarbij is wel een duidelijk verschil merkbaar tussen het familiebedrijf en een puur winst gedreven ondernemer.
De landen zoals Duitsland, Denemarken en Canada blijven populair bij Nederlandse boeren. Dat merkt Richard Roddenhof, emigratiecoördinator bij Interfarms, op. Met name de melkveebedrijven zijn in trek, gevolgd door de akkerbouwbedrijven.
Aanbod uit Denemarken
Interfarms heeft een flink aanbod van Deense bedrijven in hun portefeuille. "Door de afgelopen crisis in Denemarken zijn veel bedrijven financieel onder water komen te staan. Deze bedrijven komen mondjesmaat op de markt", zo legt Roddenhof uit. "Dat de Deense landbouwsector dit jaar flink te lijden heeft onder de droogte is niet terug te zien in een stijgend aanbod. Daarvoor is het veel te vroeg. Bovendien is droogte overal in Europa een issue."
Voornamelijk melkveehouders blijven geïnteresseerd in onze 'noorderburen', al zijn daar de laatste jaren ook enkele akkerbouwers naartoe geëmigreerd. Dit vanwege de goede grond voor niet-Nederlandse prijzen. "De gemiddelde prijs bedraagt zo’n €20.000 per hectare", weet Roddenhof. "Net als hier is de spreiding groot, afhankelijk van de kwaliteit. Om een bedrijf te kopen heb je een eigen vermogen van 20% nodig. Hierdoor is het ook voor de wat kleinere budgetten interessant, die in Nederland niet langer kunnen investeren."
20.000
euro
Regels zat
Het rechtenstelsel is debet aan het stokkend aantal investeringen onder melkveehouders. "Kort gezegd moet je hier €12.000 per koe investeren. Koop je in Duitsland of Denemarken een bedrijf, dan spaar je dat geld uit. Dit heeft ervoor gezorgd dat de emigratieplannen weer zijn toegenomen. Boeren zijn de regels zat, en dat geldt ook voor de daaruit voortvloeiende hoge investeringskosten."
Duitsland kent toch ook strenge regels, vooral op het gebied van mest? Roddenhof ontkent dat niet: "Er is voldoende grond beschikbaar, en daardoor is er voldoende plaatsingsruimte voor mest. Een fosfaatrechtenstelsel kennen ze niet. Bevindt jouw bedrijf zich ver genoeg van het dorp af, dan mag je uitbreiden. Een groot voordeel is dat ze relatief dicht bij hun familie blijven wonen; maximaal zo'n 5 uur rijden. Vanaf 200 melkkoeien wordt naar Oost-Duitsland gekeken. Ook voor bedrijven met 100 tot 150 koeien is animo. Hiervoor verhuist men voornamelijk naar Rijnland Palts of Nedersaksen."
Beschermde markt
Canada blijft populair, maar de grondprijzen zijn daar de laatste jaren toegenomen. Een bedrijf stichten in Canada vergt meer investeringen en eigen vermogen, gezien het land een quotumsysteem voor de melkveehouderij kent. "Daartegenover staat dat het een zeer stabiele en vaste markt is. Hierdoor heb je verhoudingsgewijs minder koeien nodig voor eenzelfde inkomen als in Europa", zo ervaart de coördinator.
Wie geen rekening hoeft te houden met familie, en puur winst gedreven naar het buitenland kijkt, komt bij exotische bestemmingen terecht. Interfarms begeleidt op het moment een bedrijfsaankoop in Slowakije. Met prijzen van €3.000 tot €4.000 per hectare is ook Roemenië een locatie die Nederlandse investeerders aantrekt. "In Frankrijk is het lastiger, maar niet onmogelijk, om een bedrijf te kopen. Daar moet de grondbank een aankoop goedkeuren. Franse boeren krijgen voorrang. Voor Nederlanders is de taal vooral een barrière", aldus Roddenhof.
Niels van der Boom
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.