Het kabbelde maar een beetje op de termijnmarkten afgelopen handelssessie. Stratégie Grains kwam gisteren met de opbrengstverwachting voor graan in de EU. De natte herfst zorgt voor verschuivingen in wat telers zaaien volgens het bureau. De import van onder andere graan uit Oekraïne blijft voor Europa een teer punt. Er moeten waarborgen komen dat de producten doorgevoerd worden, stellen verschillende Europarlementariërs.
Het maartcontract voor tarwe op de Matif sloot €0,50 lager op €222,25 per ton. Op de CBoT liet tarwe een bescheiden plusje zien en steeg met 0,4% naar $6.12½ per bushel. Maïs liet een iets grotere plus dan tarwe zien en sloot 0,6% hoger op $4.72½ per bushel. Soja deed een stapje terug en leverde 0,8% in om uit te komen op $12.97¼ per bushel.
Het Franse marktbureau Stratégie Grains schat de tarweoogst in de EU voor seizoen 2024/25 in op 124,8 miljoen ton. Dat is 1,1 miljoen ton onder de oogst in seizoen 2023/24 toen 125,9 miljoen ton tarwe werd gedorst. Voor gerst en maïs voorziet Stratégie Grains komende oogst hogere opbrengsten. De opbrengstraming voor gerst komt uit op 52,7 miljoen ton tegen 47,3 in 2023/24 en maïs op 63,5 miljoen ton vergeleken met 61,3 miljoen ton afgelopen oogst. De grotere gerstoogst hangt samen met het de natte herfst. Boeren zaaien daardoor noodgedwongen meer zomergerst. De totale graanopbrengst in de EU voor de komende oogst wordt door Stratégie Grains geschat op 277,8 miljoen ton. Dat was afgelopen oogst 268,4 miljoen ton.
De eindvoorraad tarwe het lopende seizoen is relatief groot volgens het marktbureau. Dat komt door de grote instroom van graan uit Oekraïne dat vervolgens niet verder vervoerd is naar derde landen. Het stokken van de doorvoer is weer een gevolg van het hevige concurrentie met graan uit Rusland. Voor het seizoen 2024/25 verwacht Stratégie Grains dat de vraag naar voergraan toeneemt. Voor humane consumptie en industriële toepassingen zal de vraag herstellen, maar wel onder het niveau van voor de oorlog in Oekraïne blijven.
Handelsbarrières
Het schrappen door de EU van de handelsbeperkingen op agrarische goederen uit Oekraïne komt onder druk te staan. Afgelopen herfst stelde vijf oostelijke lidstaten eenzijdige importverboden voor onder meer graan in tot groot ongenoegen van Brussel. De groep lidstaten met onder andere Polen en Hongarije boog uiteindelijk niet voor de druk van de Europese Commissie en kregen uiteindelijk min of meer hun zin. Ook in andere Europese landen klinkt gemor over de import uit Oekraïne. 22 Europarlementariërs hebben een brief aan de Commisie gestuurd waarin ze oproepen limieten te stellen aan de import. Tot de ondertekenaars behoren Bert-Jan Ruisen (SGP/ECR) en Annie Schreijer-Pierik (CDA/EPP).
Ze benadrukken dat ze achter het Oekraïense volk staan en zo goed en zo kwaad als mogelijk Oekraïne blijven steunen. Sommige sectoren binnen de landbouw worden echter onevenredig hard geraakt door die steun aan Oekraïne stellen de parlementariërs. Suiker, granen, oliehoudende zaden, pluimveevlees en eieren hebben last van de grote stroom producten uit Oekraïne. De stabiliteit in deze sectoren is aan het wankelen en het voortbestaan van bedrijven komt in gevaar. Oekraïense producten die bedoeld waren voor derde landen komen nu vrijwel uitsluitend naar de EU. Daarnaast zijn er grote verschillen in productiestandaarden tussen Oekraïne en de EU waardoor er geen sprake is van een gelijk speelveld.
In de brief roepen de parlementariërs op om de doorvoer van Oekraïense producten naar derde landen te waarborgen. Daar is niet alleen de EU bij gebaat, maar Oekraïne op de lange termijn ook. Anders wordt het land namelijk wel heel afhankelijk van de EU, klinkt het.