Exact een week na de recordhoogte van tarwenoteringen op de termijnmarkten in Parijs en Chicago is sprake van een ineenstorting van de koersen. Zo verloor het decembercontract op de Matif €12,25 maandag per ton en kleuren de koersen ook dinsdag rood. Welke factoren liggen hieraan ten grondslag?
Week 47 was een bijzondere in meerdere opzichten. In de Verenigde Staten stond alles in het teken van Thanksgiving op donderdag 25 november. Een feestdag die voor veel Amerikanen meer betekenis heeft dan Kerstmis. Bekend is dat de koersen in deze week hevig kunnen fluctueren en soms plotsklaps omhoog kunnen schieten. Dat gebeurde ook, vooral met tarwe. Toen het bericht kwam dat de Australische graanoogst aan de oostkust behoorlijke klappen krijgt als gevolg van noodweer daar, was dat de vonk die de brand deed starten.
Dieprode cijfers
De CBoT in Chicago sloot dinsdag 23 november op omgerekend $314,53 per ton, de hoogste koers sinds jaren. Op de Matif was zelfs sprake van een record: €311,50 voor het eerst leverbare contract. Uiteindelijk werd de week weer net onder de €300 afgesloten. Vooral maandag 29 november moest de Matif flink inleveren. Tarwe verloor €12,25. Aan het einde van de ochtend op de laatste dag van november staat de koers van het decembercontract wederom zo'n €3 in de min. Ook maïs noteert fors lager, op €240 per ton. In de VS kleuren de grote commodities allemaal lager.
Welke factoren liggen hieraan ten grondslag? We zetten er een aantal op een rij:
1. Vrees voor omikronvariant
Sinds eind vorige week, toen meer duidelijk werd over de zeer besmettelijke omikronvariant van het coronavirus ontstond angst op de beurzen. Ook de granenmarkt bouwde zijn fundament op mondiaal economisch herstel. Deze nieuwe mutatie van het gevreesde virus kan die planning in de war schoppen, al zwakt het nieuws over mogelijke gevolgen wel af. De angst zit er ondertussen wel in. Dat was vrijdag merkbaar en zeker maandag.
2. Droger weer in Australië
Het grote nieuwsfeit dat de granenmarkt in week 47 liet kantelen was toch wel de berichtgeving uit Australië. Vooral in deelstaat New South Wales viel veel regen. Lokaal tot 200 millimeter of meer. Dat zorgt niet alleen voor een kleinere oogst, maar vooral ook een lagere tarwekwaliteit. Juist nu zoekt de wereldmarkt naar bak- en maaltarwe met hoge specificaties. Die zijn op het noordelijk halfrond veel minder voor handen. Inmiddels rijden de maaidorsers aan de oostkust weer en is daarmee ook de ergste problematiek gesust. Het land stevent nog steeds af op een recordoogst.
3. Topoogst in Argentinië
Argentinië wordt meestal genoemd als het om korrelmaïs en sojabonen gaat. Toch teelt het land ook een behoorlijk volume tarwe. Zeker in een krap seizoen als deze is daar interesse in. Inmiddels is ruim een derde van de oogst binnen. Volgens de Buenos Aries Grain Exchange wordt een volume van 20,3 miljoen ton verwacht. Dat is 500.000 ton meer dan eerder gedacht en zelfs 2,3 miljoen ton meer dan in 2020. Het USDA houdt nog steeds rekening met 20 miljoen ton, wat op zichzelf al een record is. Volgens het Amerikaans landbouwministerie kan 13,5 miljoen ton geëxporteerd worden om de wereldmarkt te verlichten. Deels is dit afhankelijk van het aandeel dat Australië met hun verregende oogst kan aanbieden.
4. Gevaar van hoog prijsniveau
Zoals Jaap Haanstra recent in een interview zei: "Het gevaar van een hoge tarweprijs is de prijs zelf." Dat is zichtbaar bij tarwe. Het feit dat Egypte in een nieuwe tenderronde voor levering januari 600.000 ton tarwe uit Rusland, Roemenië en Oekraïne kocht geeft de markt momenteel weinig input. Voerbedrijven schakelen meer over op maïs omdat tarwe te duur wordt. Er wordt nog wel gekocht, maar een tegengeluid klinkt duidelijker. Dit remt de tarwemarkt op korte termijn af.
Korrelmaïs en sojabonen worden meegezogen in het zog van de tarwemarkt ondanks dat bijvoorbeeld de VS prima exportcijfers neerzet voor beide producten. De oogst is daar inmiddels voor 95% afgerond. Wat de Amerikanen niet helpt is een stijgende koers van de dollar. Regen in Zuid-Amerika zorgt voor goede oogstverwachtingen aldaar. Ook in Europa nadert de maïsoogst zijn einde.
Hoe verder?
December is normaal gesproken een rustige maand voor de granenmarkt waarin de koersen vaak een stabiele of licht dalende tendens laten zien. De feestdagen vallen voor de beurs dit jaar gunstig uit. Zowel beide kerstdagen als nieuwjaarsdag vallen in het weekend. Qua handelsdagen zijn er geen onderbrekingen. Het is nu wachten of we te maken krijgen met serieus winterweer in heel Europa, wat lokaal al gebeurt. Een nieuwe impuls komt wanneer de granen uit de winter komen en weer gaan groeien. Ondertussen zijn het de oogsten op het zuidelijk halfrond die richting geven aan de markten. Het kan weleens enkele maanden duren voor de granenmarkt – en dan met name tarwe – een significante prijsopleving kunnen laten zien.