Het exportseizoen van tarwe gaat in het nieuwe oogstjaar 2021/2022 dat in juli begint langzaam van start. Uit de eerste berichten blijkt dat de Franse export van tarwe naar landen buiten de EU ligt op het laagste niveau in 10 jaar.
Net als in Nederland speelt het wisselvallige weer een belangrijke rol in de trage start van de graanoogst. De verlate oogst is volgens marktbureau Refinitiv de belangrijkste reden voor de achterlopende export.
Kleinste export sinds 2009/2010
Frankrijk heeft volgens de voorlopige gegevens van Refinitiv 349.200 ton zachte tarwe geëxporteerd in juli naar landen buiten de EU. Dat is circa 74.000 ton minder dan in dezelfde maand een jaar eerder en de kleinste export sinds seizoen 2009/2010, toen het bureau begon deze gegevens bij te houden. Groot-Brittannië is de grootste afnemer van tarwe met 122.600 ton en met flinke afstand tot Algerije (nummer 2) met 61.900 ton.
De export van gerst staat voor juli op 333.200 ton. China domineerde de gerstexport en nam 298.900 ton voergerst af. Vanuit Mexico was er belangstelling voor brouwgerst. In juli is 31.500 ton brouwgerst naar het Centraal-Amerikaanse land verscheept. De totale Franse graan export (alle soorten tarwe, gerst, en maïs) in juli staat op 886.500 ton, eveneens het laagste niveau in 10 jaar.
Zorgen over kwaliteit
Dat juli een slappe maand is voor de Franse graanexporteurs, is niet ongebruikelijk. Dit omdat men in deze periode doorgaans wacht op de nieuwe oogst. Dit jaar zorgden stevige regenbuien voor extra vertraging in de oogst en ontstonden twijfels over de kwaliteit van de (bak)tarwe. Verwacht wordt dat de in juli ontstane achterstand snel wordt ingelopen. In Augustus is al 118.000 ton geladen en 308.400 ton tarwe ligt te wachten op verscheping in de havens.
FranceAgriMer verwacht dat in het seizoen 2021/2022 in totaal 10,5 miljoen ton zachte tarwe uit Frankrijk naar landen buiten de EU wordt geëxporteerd. Dat is 3 miljoen ton meer dan vorig seizoen.