Een combinatie van meer areaal, gunstige groeiomstandigheden en veel vraag op de wereldmarkt zorgt voor rooskleurige exportverwachtingen bij tarwe. Vooral in de eerste helft van het nieuwe seizoen rekenen Europese exporteurs erop dat de Russische variabele exportbelasting roet in het eten gooit. Waardoor de handel meer naar Europa verschuift.
Het Franse marktconsultancybureau Stratégie Grains gaat uit een export van 28,6 miljoen ton zachte tarwe vanuit de EU. Een maand eerder was dat nog 27 miljoen ton. De productie van tarwe bedraagt 131,1 miljoen ton. Vorig jaar bedroeg het totale oogstvolume 119,4 miljoen ton, ofwel 10% minder. Het exportniveau ligt in het huidig seizoen op 26,9 miljoen ton. Voor 2021/22 wordt dus uitgegaan van 6,3% meer uitvoer.
De Europese oogst gaat dit jaar later van start dan gebruikelijk. Ondanks een warme periode zorgt het koele en regenachtig weer daarvoor. Door de hitte is de achterstand deels ingelopen tot 7 tot 10 dagen. De afgelopen 3 jaar werd al extreem vroeg gedorst. In 2018 reden de eerste maaidorsers al op 19 juni in het veld.
Ook de productie van gerst en maïs in de EU heeft Stratégie Grains verhoogd. Die komen op 53,9 miljoen ton en 65,3 miljoen ton. Ondanks het koude weer in mei staat de meeste korrelmaïs in Europa er nu goed voor door de combinatie van vocht en hogere temperaturen. Alleen in Roemenië is er vrees voor de kwaliteit door overmatige neerslag. Door de grote vraagmarkt zijn handelaren echter overtuigd dat ook voor mindere kwaliteit tarwe wel een markt is.
Positie Rusland
Over de exportkansen voor de EU is het bureau zeer positief, zo zegt analist Laurent Crastre tegen Reuters. Landen als Frankrijk, Duitsland, Roemenië, Polen en Bulgarije kunnen profiteren van een gezonde vraag op de wereldmarkt. Vooral in de eerste fase van exportseizoen 21/22 wordt rekening gehouden met een kleinere machtspositie van Rusland. Exporteurs in dit land hebben immers met een variabele exportbelasting op iedere ton tarwe, gerst en maïs te maken. Desondanks verwacht Rusland veel graan te kunnen exporteren.
Wat tarwe uit de EU helpt, is een relatief gunstig prijsniveau. Zeker wanneer je de Russische belasting bovenop hun tarwe meetelt. Helemaal fair is dat vergelijk niet, omdat tarwe uit de Zwarte Zee regio baktarwe is. Die uit de EU is vaker voertarwe. Dat tempert de verwachtingen niet, omdat juist wereldwijd veel vraag is naar voergranen. Frankrijk verwacht voor het derde seizoen op rij een grote leverancier van China te worden in tarwe. Dit voorjaar kochten de Chinezen al een miljoen ton nieuwe Franse oogst. Afgelopen maand kwam daar nog 300.000 ton bij.
Graantje meepikken
De grondstofhonger van China is zelfs zo groot, dat wordt gevreesd dat niet alle andere exportbestemmingen kunnen worden voorzien. Andere Europese landen pikken hier mogelijk een graantje van mee. Zo kunnen Duitsland en Polen meer naar Algerije exporteren – een typisch Franse exportbestemming – maar ook Iran, Turkije en Pakistan worden als exportlanden aangemerkt.
Duitse graanhandelaren zijn daardoor zeer positief gestemd over het aanstaande seizoen. Ondertussen levert ook Rusland tarwe aan Algerije. Dat is voor het eerst in 4 jaar. Door een gebrek aan beschikbare tarwe heeft Frankrijk deze bestemmingen niet altijd voldoende kunnen beleveren.
De verwachtingen zien er dan goed uit, uitdagingen zijn er wel. Een fluctuerende koers van de euro-dollar speelt de EU parten. Bovendien zijn vrachtkosten enorm toegenomen. Niet alleen voor containers, maar ook bulktransport. Prijzen zijn ten opzichte van vorig jaar verdriedubbeld. Het duurt volgens analisten van de ING bank nog zeker 2 jaar voor de transportcapaciteit voldoende is vergroot om de toegenomen vraag het hoofd te bieden.
Dalende prijzen
Ook in de Zwarte Zee regio wordt een goede graanoogst verwacht dit seizoen. In Rusland, Oekraïne en Kazachstan wordt 5% meer tarwe verwacht voor seizoen 21/22 die in de komende 2 weken van start gaat. De prijzen blijven door deze cijfers verder dalen. Afgelopen week stond deze op $248 per ton (FOB). Een daling van $7 met de week ervoor. De variabele exportbelasting neemt desondanks wel toe sinds begin juni. Een ton tarwe wordt nu met $38 per ton belast. Dit niveau ligt wel lager dan in mei.
In Europa staan de prijzen voor de nieuwe oogst ook onder druk. Vrijdag 18 juni herstelde de Matif nog behoorlijk tot €208,25 na een dieptepunt van €204,50 per ton. De laagste prijs voor het septembercontract dit seizoen. Maandag 21 juni opende de Parijse beurs echter weer lager, op €206,50.
Ondertussen worden de laatste resten oude oogst verhandeld. In week 23 bereikte de Rotterdamse notering voor voertarwe zijn hoogste niveau dit seizoen op €261 per ton. Afgelopen week leverde de prijs echter €8 in. De Noord-Nederlandse notering had weer prijzen onder de €250 op het bord staan.