De prijs van sojabonen in de Verenigde Staten heeft zijn hoogste prijs in 6,5 jaar tijd bereikt. Een mix aan nieuws zorgt ervoor dat de prijs verder klimt richting nieuwe records. Deze prijsbeweging trekt ook de koers van tarwe en maïs mee.
Ook maandag 21 december kleurt de koers van sojabonen weer groen in Chicago bij de CBoT. Dit geldt ook voor onder andere sojameel, sojaolie en korrelmaïs. Een prijs van omgerekend $448,27 per ton is in 6,5 jaar niet genoteerd.
Droogte nekt opbrengst
De belangrijkste reden voor deze fikse prijsstijging komt uit Zuid-Amerika. Droogte in Argentinië zorgt ervoor dat het zaaien van sojabonen daar vertraging oploopt. Tegelijkertijd wordt er al meer dan een week gestaakt door havenmedewerkers die verantwoordelijk zijn voor de verwerking, export en controle van soja. Zij eisen loonsverhogingen. Ook in Brazilië zijn de omstandigheden droog, wat de gewasontwikkeling nadelig beïnvloedt.
In Brazilië is wel regen gevallen, maar zeer verspreid en niet altijd in afdoende hoeveelheden. De teeltomstandigheden zijn wel beter dan in Argentinië. Dit heeft niet alleen gevolgen voor soja, maar ook voor de oogst van korrelmaïs in beide landen. De trend is daarom negatief voor deze gewassen.
Schrikreactie
Toen de beurzen op maandag openden, daalde de koersen juist. Nieuws over de gemuteerde variant van het coronavirus, die is opgedoken in het Verenigd Koninkrijk, zorgt dat bij beurshandelaren de schrik er goed in zit. Ook de agrarische commodities worden in dit sentiment meegezogen. 's Middags recupereerden de koersen weer.
In plaats van mondiaal economisch herstel is er nu weer een grotere vrees voor een aanhoudende economische recessie. Zeker als blijkt dat deze snel verspreidende variant van het coronavirus voor nieuwe uitdagingen zorgt. Een ander nadelig effect voor de export van Amerikaanse granen is de koers van de dollar, die maandag opnieuw toenam in waarde. Dat maakt het voor exporteurs in de VS lastiger om hun concurrentiepositie te behouden.
Historische situatie
De prijsstijging van sojabonen is historisch te noemen. Sinds 1 november zijn de prijzen met 15% gestegen. Een dergelijke stijging was alleen in 2007 en 1987 merkbaar. De mondiale vraag naar plantaardige oliën is booming. Dit, gekoppeld aan een lagere productie in Zuid-Amerika, zorgt voor de huidige situatie in de markt. Daarbij is nu wel de wereldwijde economische situatie rond het coronavirus bijgekomen, wat verdere stijgingen onzeker maakt. Tegelijkertijd blijft wereldwijd wel veel vraag naar onder andere soja.