De wereldwijde tarweproductie komt in seizoen 2020/2021 op een nieuw record uit, zo verwacht het landbouwministerie van de Verenigde Staten in het nieuwste WASDE-rapport. Australië, Rusland en Canada hebben daar het grootste aandeel in. Ook zijn er wijzigingen in de verwachte productie van sojabonen. Wat doet dit met de noteringen?
Het Amerikaanse landbouwministerie (USDA) voorziet dat de wereldwijde tarweproductie uitkomt op circa 773,7 miljoen ton, een nieuw record. Het grootste aandeel in deze verhoging komt op het conto van Australië. De oogst is in dat land is afgelopen week met 1,5 miljoen ton verhoogd naar 30 miljoen ton. Ook in Rusland en Canada ligt de tarweoogst flink hoger, respectievelijk op 84 miljoen ton en 35,2 miljoen ton. De 3 landen zetten daarmee allemaal de op één na grootste oogst ooit neer. Door de forse toename in de productie stijgen de voorraden volgens het USDA met 1,2 miljoen ton naar 1,07 miljard ton.
Niet alleen de productie neemt toe, ook het verbruik komt volgens het ministerie hoger uit. Het noteert een stijging van 5,1 miljoen ton tot 757,8 miljoen ton. Vooral China en de Europese Unie nemen veel product af. Voor China is het verbruik met 3 miljoen ton verhoogd tot 24 miljoen ton. Ook Pakistan neemt flink meer tarwe af (inmiddels heeft het land al zo'n 500.000 ton afgenomen), om zodoende voorraden aan te leggen. Het wil hiermee de inflatie van de voedselprijzen tegengaan. Verwacht wordt dat de invoer voor dit land uitkomt op 2,5 miljoen ton, het hoogste niveau sinds seizoen 2008/2009.
Ten slotte wordt verwacht dat de wereldwijde eindvoorraad voor seizoen 2020/2021 met 3,9 miljoen ton daalt tot 316,5 miljoen ton. Hiervan hebben China en India respectievelijk 51% en 10% in handen. De eindvoorraad in de Verenigde Staten daalt tot omgerekend 23,4 miljoen ton, voornamelijk als gevolg van een lagere invoer. Hierdoor laat de notering op de CBoT in Chicago wel weer een toename zien en komt daarmee uit op $5,90 per bushel.
Minder sojabonen op de markt
De wereldwijde productie van sojabonen is in het rapport van het USDA met 0,6 miljoen ton verlaagd naar 362 miljoen ton. Daarbij worden vooral de hogere productiecijfers in Canada en Uruguay tenietgedaan door een lagere productie in Argentinië: -1 miljoen ton tot 50 miljoen ton. De lagere opbrengst in Argentinië ondersteunt wel de export van sojabonen uit de Verenigde Staten. Met bovenstaande in gedachten daalt de wereldwijde productie van oliehoudende zaden tot 595,7 miljoen ton. De eindvoorraad wordt geraamd op 97,8 miljoen ton, een afname van ongeveer 0,8 miljoen ton ten opzichte van vorige maand.
Terwijl de wereldwijde sojaproductie afneemt, is de Amerikaanse opbrengst juist met ruim 400.000 ton verhoogd naar 57,1 miljoen ton. De Amerikaanse eindvoorraad van sojabonen wordt op dit moment geschat op omgerekend 4,7 miljoen ton. Als gevolg van een hogere productie laat de notering op de CBoT een kleine daling zien. Hiermee staat de notering in week 50 op $11,52 per bushel, een prijs die nog altijd fors boven het 5-jarig gemiddelde van $9,30 per bushel ligt.