In aardappelen kennen we twee soorten Alternaria, te weten A. solani en A. alternata. De A. solani is het meest voorkomend, maar in bepaalde rassen hebben we ook regelmatig te maken met A. alternata.
Kenmerkend voor Alternaria zijn de talloze, kleine vlekjes op het blad. Deze worden begrensd door de nerven van het blad, waardoor de vlekjes er enigszins hoekig uitzien. Ook typisch zijn de concentrische ringen in de vlekken. Knolaantasting komt in Nederland niet of nauwelijks voor.
In een normaal groeiend gewas krijgt Alternaria in onze teeltgebieden weinig kans voor het afrijpen van het gewas. Echter, op een zeker moment loopt de 'fysiologische weerstand' terug, waardoor Alternaria de kans krijgt en zich zeer snel kan ontwikkelen. De invloed op de opbrengst kan dan aanzienlijk zijn. Duidelijk is natuurlijk dat optimale groeiomstandigheden door optimale bodemvruchtbaarheid, structuur en vochtvoorziening de kans op Alternaria verminderen.
Lastig blijft het inschatten van het moment dat de 'weerstand' van het gewas terugloopt. Daar komt nog bij dat de aardappelteler geen mancozeb meer tot zijn beschikking heeft, deze gaf altijd een zekere bescherming. Toch kunnen we stellen dat op basis van het onderzoek en praktijkervaring de eerste gerichte bespuiting midden/einde bloei een goed moment is.
Proefresultaten Alternaria
Bovenstaand de resultaten van het onderzoek in de afgelopen jaren. Hier zijn twee bespuitingen uitgevoerd, eerste bespuiting einde bloei en na veertien dagen herhaald. Conclusie over deze twee verschillende jaren:
Werking Sclerotinia
Mede afhankelijk van het bouwplan kan er ook Sclerotinia voorkomen in een aardappelgewas. Fluopyram is één van de actieve stoffen in Propulse welke gekend is om zijn goede werking tegen deze schimmel. Dit wordt onderstreept in onderstaand onderzoek uit 2020 met een kunstmatige infectie.
Botrytis
Later in het groeiseizoen wordt een aardappelgewas soms ook aangetast door Botrytis. In welke mate een (zeer) late aantasting invloed heeft op de opbrengst is minder duidelijk. Uit gericht onderzoek weten dat Propulse een goede werking heeft tegen Botrytis.
Zwarte spikkel
Minder bekend is het voorkomen van zwarte spikkel op de stengels in een aardappelgewas. Afgelopen jaar hebben we in proeven vastgesteld dat daar waar Propulse is toegepast duidelijk minder stengels met zwarte spikkel voorkomen. Dit vertaalt zich ook in minder aantasting van zwarte spikkel op de knol, zoals blijkt uit onderstaand onderzoek.
Meer informatie?
Bekijk ook onze gewaspagina Tijd voor aardappelen voor een compleet overzicht van artikelen, aanbevelingen, producten en meer.