Nu een gedeelte van de zaaiuien zijn gerooid, lijkt de uienopbrengst zoals verwacht onder het 5-jarige gemiddelde uit te komen. Het moeizame groeiseizoen heeft voor minder tonnen gezorgd en ook over de bewaarkwaliteit zijn er twijfels.
Na een koude en natte periode stond het uiengewas er erg mager op. In juni zagen uientelers dat het gewas een groeispurt te pakken had en leek er - met de areaaluitbreiding van 11% - een recordopbrengst te komen. Inmiddels zijn we daar niet zo zeker meer van en weten we wel beter.
Opbrengst valt niet mee
Nu de eerste zaaiuien worden gerooid, lijken de tonnen zoals verwacht tegen te vallen. Gemiddeld gezien is het niet slecht, zoals het droge jaar van 2018. Maar het valt niet mee, zeggen meerdere uientelers. Wat betreft grofte is het erg wisselend dit jaar. Er zijn veel percelen waarbij de stand verre van optimaal is en dus een grove partij ontstaat. Waar de valse meeldauw heeft toegeslagen, worden veel tonnen gemist.
Arjen Jakobs, uienteler in Wezup (Drenthe), zag de groei plots stoppen, nadat valse meeldauw hard toesloeg in een blok rode uien. "Je weet natuurlijk niet precies wat er was gegroeid als die meeldauw er niet zo zwaar was ingevallen, maar gezien de stand van het gewas op dat moment mis ik wel 10 ton per hectare".
Ook de nagroei op percelen zonder meeldauw valt vaak tegen. Het lijkt aan zonlicht en temperatuur te ontbreken en het loof sterft snel af. Hoewel het zuiden van Nederland ongeveer op hetzelfde moment begon met rooien als normaal, zijn Midden- en Noord-Nederland eerder begonnen. Vergeleken andere jaren liggen er voor de eerste week van september al erg veel uien in het zwad.
Enorme spreiding percelen
Hoewel er percelen binnen 14 dagen volledig plat zijn gegaan van de meeldauw en de groei gemiddeld gestaag ging, zijn er ook een groot aantal percelen bij die wel ver bovengemiddeld komen. Percelen van 80 ton zijn daarbij geen uitzondering. In de Gewastour lijkt die spreiding er ook te zijn. De proefrooiingen gaan dat duidelijk maken.
Kwaliteit kan probleem worden
Een gedeelte van de uien gaat de schuur in, maar uientelers zijn niet allemaal overtuigd van de goede bewaarkwaliteit dit seizoen. Het MH-moment was dit jaar lang niet ideaal voor veel uientelers. De bespuiting zelf verliep prima, maar wat er in de weken daarna gebeurde maakt de werking van MH twijfelachtig.
"Een goede sapstroom van de plant naar de bol is daarbij leidend, in de regel het liefst 2 tot 3 weken goede gewasgroei na de bespuiting", vertelt Mark Ermers, Crop Advisor van Bayer Cropscience. In dat laatste zit het dit jaar niet goed. In veel percelen zat op het moment van de MH-bespuiting de eerste aantasting van meeldauw. In de weken die daarop volgden is de gewasgroei en -opname niet optimaal meer en gaat de effectiviteit van de MH-bespuiting naar beneden.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.