De gasmarkt ademt op het moment stabiliteit. Dat komt door een laag aanbod in combinatie met een lager vraag. Ondertussen zorgde een hoog percentage van zonne-energie en een lage hoeveelheid windkracht voor stabiele, maar hoge, dagprijzen.
De prijs van gas is na een korte stijging weer gedaald. Op dinsdag 16 juli was de prijs €32,78 per megawattuur. Maandag 22 juli was de prijs echter weer gedaald tot €31,47.
Een belangrijke reden voor de eerdere stijging is de actualiteit rondom LNG. Hoewel de Aziatische prijs wat is gedaald ten opzichte van het hoogtepunt van $12,74 per mmBtu, lijkt er sprake van enige stagnatie op een niveau van rond de $12. Aangezien dit niveau nog aan de hoge kant is, lijkt er geen sprake van prijsdruk op de TTF.
Daarnaast helpt het niet dat de capaciteit grote Amerikaanse uploadfaciliteit Freeport-LNG nog altijd beperkt is. De productie werd door storm Beryl drastisch gereduceerd. De verwachting was dat de faciliteit weer snel op volle vaart zou draaien, maar dat valt tegen. Sinds de storm zijn zeven van de tien geplande leveringen niet doorgegaan. Dit lagere volume heeft met name effect op de Europese markt, aangezien het overgrote deel van het Amerikaanse LNG naar de Europese Unie wordt verscheept. Daarnaast blijft de capaciteit van Europese importfaciliteiten beperkt, aangezien de werkzaamheden aan de France Montoire-terminal zijn uitgesteld tot 5 augustus.
Toch is de ruimte voor een stijging beperkt. Dat komt vooral door de hoge vulgraad van de gasreserves. Volgens de laatste tussenstand waren de Europese gasreserves voor 82,9% gevuld op zondag 21 juli. Dit betekent dat er niet veel extra gas nodig is om de vulgraad weer tot de 100% te vullen.
Hoewel het vullen van de reserves nog altijd langzamer dan gemiddeld gaat, is de huidige snelheid voldoende is om de 100% te halen. Toch is het risico van het lage vultempo niet nihil. De lage vulsnelheid maakt de Europese gasmarkt kwetsbaar voor verstoringen. Daarnaast is de lage vulgraad een signaal dat het aanbod op de Europese markt lager is dan voorgaande jaren. Al is de gasvraag duidelijk structureel lager. Sinds 2023 is de Nederlandse gasvraag min of meer structureel 30% lager dan voor de oorlog in Oekraïne. Die trend zet door. De belangrijkste redenen voor het lagere verbruik zijn lagere industriële activiteiten en de groei van de Nederlandse capaciteit aan zonne- en windenergie.
Elektriciteitsprijs blijft hoog
De prijs van elektriciteit beweegt relatief stabiel, maar aan de hoge kant. Op dinsdag 16 juli stond de elektriciteitsprijs op het laagste punt van de week. Die dag was de prijs €45,10 per megawattuur. De hoogste notering bereikte elektriciteit op donderdag 18 juli. Die dag steeg de prijs tot €89,87. Opmerkelijk is dat de elektriciteitsprijs in het weekend aan de hoge kant bleef. Zondag 21 juli daalde de prijs tot slechts €59,61.
Het totale aandeel van de twee vrijwel gratis hernieuwbare energiebronnen zonne- en windenergie lag afgelopen week lager dan de voorgaande week. In totaal werd 62,6% zonne- en windenergie opgewekt. Hiervoor werd nog 66,8% uit deze bronnen opgewekt. Daardoor steeg het aandeel van relatief dure gascentrales van 21,6% tot 26,2%. Dit percentage van zonne- en windenergie is nog altijd aan de hoge kant, maar belangrijker nog is dat de markt deze week een gebruikelijk zomerpatroon liet dat eerder dit jaar zelden vertoond was. Het aandeel van zonne-energie was deze week aanzienlijk hoger dan voorgaande weken. In totaal werd 43,9% van alle elektriciteit door zonnecollectoren opgewekt. De hoeveelheid windenergie was daarentegen 18,7%.
Dit verandert de dynamieken op de energiemarkt aanzienlijk. Windenergie is over het algemeen vrij stabiel en drukt de elektriciteitsprijs de hele dag. Daar staat tegenover dat het vermogen van zonne-energie naar de middag oploopt en duidelijk topt. Dit zorgt ervoor dat specifiek de uurprijzen midden op de dag worden gedrukt. Dit had als effect op de markt dat de prijzen in het weekend aanzienlijk hoger waren dan voorgaande weken, terwijl de prijzen zaterdag tussen elf en vier uur 's middags negatief waren. Zondag waren de prijzen tussen één uur en drie uur 's middags negatief. Dit duidt op een inefficiënte benutting van de hernieuwbare bronnen, waardoor de prijzen aan de hoge kant waren. Hier staat echter tegenover dat de elektriciteitsprijs doordeweeks tijdens kantooruren laag was, aangezien er constant goedkope stroom werd geleverd tijdens het grootste deel van de werkdag.