Nieuws CBS
Grote verschillen inkomen huishoudens in agrisector
De verschillen tussen het huishoudinkomen van verschillende typen agrarische bedrijven is groot. Dat blijkt uit cijfers over 2021 die het CBS heeft gepubliceerd. Het inkomen is gemiddeld het hoogst bij pluimveebedrijven. Het inkomen van huishoudens met een biologisch bedrijf is bijna 10% hoger dan van gangbare bedrijven. Het armoederisico is bij elke type agrarisch bedrijf laag en meer dan de helft in de agrarische sector hoort bij de 20% Nederlandse huishoudens met de hoogste inkomens.
Het gemiddelde huishoudinkomen van landbouwbedrijven was in 2021 €82.000, terwijl dat voor een Nederlands huishouden €49.000 was. Het gemiddelde inkomen van biologische bedrijven was hoger, namelijk €90.000. Het besteedbaar inkomen van huishoudens met een pluimveebedrijf was in 2021 met gemiddeld €115.000 het hoogst. Die van akkerbouwers met vooral voedergewas het laagst (€68.000). Melkveehouders hadden gemiddeld een huishoudinkomen van €77.000.
Het CBS verstaat onder het besteedbaar inkomen: het bruto-inkomen min betaalde inkomensoverdrachten (zoals alimentatie), premies inkomensverzekeringen en ziektekostenverzekeringen en belastingen op inkomen en vermogen. Het gaat dan om het inkomen van heel het huishouden, inclusief dat uit betrekkingen buiten het agrarische bedrijf. Het zegt niets over hoeveel er per persoon wordt verdiend of per gewerkt uur. In 2021 waren 58.300 huishoudens (mede-)eigenaar van 45.500 gangbare landbouwbedrijven. 2.000 huishoudens waren (mede-)eigenaar van in totaal 1.600 biologische landbouwbedrijven.
Meer dan de helft in hoogste inkomensgroep
Het inkomen is ook erg afhankelijk van de bedrijfsgrootte, waarbij huishoudens met een groter bedrijf meer inkomen hebben. Van de melkveehouders hoort 54,7% tot de 20% Nederlandse huishoudens met de hoogste huishoudinkomens. Onder de pluimveebedrijven is dit zelfs 73,6%. Gemiddeld valt 53% van de agrarische sector in de hoogste inkomensgroep en bij de biologische bedrijven is dat 59,8%.
Deel onder lage-inkomensgrens
Er waren ook agrarische huishoudens met een laag inkomen. In 2021 had 5,3% van de huishoudens met een melkveebedrijf een inkomen onder de lage-inkomensgrens (in 2021 €13.500). Onder huishoudens met een pluimveebedrijf was dat 3,8%. Bij huishoudens met een varkensbedrijf had 12,4% een inkomen onder de lage-inkomensgrens. Als het over de laatste vier jaar wordt bekeken valt het echter mee. Van de huishoudens met een melkveebedrijf had 0,7% in tenminste de laatste vier jaren een inkomen onder de lage-inkomensgrens en onder varkensbedrijven 0,3%, blijkt uit de CBS-cijfers.
Het CBS kwam in december al met een gedeelte van deze cijfers waar het inkomen van huishoudens agrarisch ondernemers werd vergeleken met dat van andere ondernemers. Dat van huishoudens van agrarisch ondernemers lag in 2021 ruim €5.000 hoger dan van ondernemers in het algemeen.
Linda van Eekeres
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.