De olieprijs bleef tot het midden van de week redelijk stabiel. Met name relatieve rust op geopolitiek vlak zorgde voor stabiliteit. Dinsdag 18 april steeg de prijs echter fors. Opmerkelijk genoeg bleek dit het gevolg van zwakke economische data in de Verenigde Staten.
Begin deze week hield de lagere olieprijs stand, maar inmiddels noteert de Brent-olie weer hoger. Op donderdag 18 april werd olie voor $87,11 per vat veranderd. Met name tussen dinsdag 23 en woensdag 24 april ging de olieprijs fors omhoog. Toen steeg de prijs van $87 tot $88,30.
Een belangrijke reden dat de olieprijs aanvankelijk iets wegzakte, is de relatieve rust op geopolitiek gebied. De voornaamste reden was de relatief kleine reactie van Israël op de Iraanse raketregen. Afgelopen vrijdag vergold Israël de aanval door drie drones op de stad Isfahan af te sturen. Dit stelde Iran in staat om de drones uit de lucht te schieten, waardoor het land kon claimen dat de aanval niet zo veel voorstelt. Daarmee lijkt het erop dat de Joodse staat een uitweg heeft gevonden uit de escalatiespiraal. Dit geeft de oliemarkt het vertrouwen dat verdere escalaties tussen de twee staten voorlopig van de baan zijn.
Amerikaanse markt
Onder meer ontwikkelingen op de Amerikaanse markt gaven later in de week echter wel ruggensteun aan de olieprijs. Een deel hiervan is toe te schrijven aan gunstige cijfers uit de industrie. Zo blijkt uit recente data van het Amerikaanse Petroleum Instituut (API) dat de Amerikaanse olie opslagen met grosso modo 3,2 miljoen vaten zijn gedaald. Ondertussen verwachtte de markt een stijging van 1.8 miljoen vaten, zo blijkt uit een enquête van reuters. Analisten geven aan dat met name de vraag sterker is dan veracht.
Dit is een grote meevaller, zeker in het kader van relatief zwakke economische data. Dinsdag 23 april maakte Standard & Poor's Golbal dat het Amerikaanse Purchasing Managers Index deze maand is gedaald van 52,1 in tot 50,9. Daarbij staat een cijfer boven de 50 voor groei en een cijfer daaronder voor krimp. Hoewel er dus nog sprake is van groei, is er duidelijk sprake van een verzwakking vergeleken met een maand geleden. Dit leidt tot een ietwat paradoxale ontwikkeling. Meetstal zorgt een zwakkere Amerikaanse economie voor een lagere olieprijs, omdat dit vaak met een lagere consumptie gepaard gaat. Dinsdag zorgde dit echter voor een forse stijging, aangezien de markt gelooft dat de daling een renteverlaging dichterbij brengt.
Economische cijfers tweeslachtig
De zwakke economische data van de Verenigde Staten bleek al snel een instabiele grond voor de stijging. Een dag later daalde echter de realiteit van de zwakke economische data. Opmerkelijk genoeg voeren marktanalisten nu juist dit argument aan om de daling te verklaren.
Ondertussen daalt de dieselmarkt deze week juist. Op dinsdag 16 april werd voor 100 liter diesel €133,63 afgerekend. Daarna daalde de prijs, met als dieptepunt 22 april. Op die dag daalde de prijs tot €129. Om de dag erna weer te stijgen tot €129,92.