De olieprijs schommelde deze week behoorlijk. Even was er een pauze in de rally, aangezien een groot aantal handelaren besloten te verkopen. Al snel pikte de markt het momentum echter weer op, aangezien verdere escalatie in het Midden-Oosten nog altijd op de loer ligt.
De olieprijs schommelde deze week op en neer, om weer ongeveer op hetzelfde punt uit te komen. Op donderdag 4 april werd olie voor $90,65 per vat verhandeld. Een dag later stond de olieprijs op het hoogste punt van de week, met $91,17. Daarna daalde de prijs tot $89,42 op dinsdag 9 april. Op het moment van schrijven (donderdag 11 april) is de prijs van olie weer gestegen tot $90,58.
Even kwam er deze week een korte pauze in de rally op de oliemarkt. Een reden voor de daling was een forse stijging van de oliereserves in de Verenigde Staten. In totaal stegen de Amerikaanse reserves met 5,84 miljoen vaten. Uit een enquête van Reuters bleek dat er 2,37 miljoen vaten werden verwacht.
Daarnaast besloten veel handelaren om te verkopen. Bij CNBC is daarnaast te lezen dat veel handelaren die bij lage prijzen zijn ingestapt ervoor hebben gekozen hun winst te verzilveren. Op het hoogtepunt stond de Europese Brent-benchmark maar liefst 16% hoger dan op het dieptepunt, terwijl de Amerikaanse WTI met 19% is gestegen. Opmerkelijk is dat de prijzen van de Brent- en WTI-benchmarks bijna gelijk zijn. Over het algemeen is olie op de Europese markt een stuk duurder, aangezien de Verenigde Staten een grote producent is en Europa een grote importeur.
Conflict met Iran
Daarbij blijft het dreigende conflict tussen Israël en Iran de meest dominante factor. Hoewel Iran nog niet met een wraakactie op de vermeende aanval op de ambassade in Syrië is gekomen, hangen acties van de oliestaat nog steeds boven de markt. Bij een eventueel direct conflict zou forse schaarste kunnen ontstaan. Iran is de op twee na grootste olieproducent van OPEC. Hoewel het land vooral naar Aziatische markten exporteert, zouden ook westerse landen last kunnen krijgen van verstoringen. Als Iran minder olie produceert, worden Aziatische landen gedwongen om de tekorten op te vangen door meer olie te kopen op markten waar westerse landen wel handel mee drijven.
Later in de week werd het vuurtje weer wat opgestookt, nadat woensdag 10 april bekend werd dat de geheime dienst Israël heeft gewaarschuwd voor drone- en raketaanvallen. Daarnaast beginnen verschillende bedrijven te anticiperen op een directe confrontatie tussen beide landen. Zo heeft Lufthansa aangekondigd zijn vluchten vanuit Teheran stop te zetten.
Ondertussen heeft de dieselprijs juist een forse stap naar beneden gezet. Op donderdag 4 april werd diesel voor €134,97 per 100 liter verhandeld. Op vrijdag 5 april topte de prijs, bij een stand van €135,97. Daarna zette de dieselprijs een forse stap naar beneden, tot €132,92. Dat de dieselprijs wat sterker daalt dan de prijs van ruwe olie komt doordat de situatie in Iran weinig invloed heeft op de dieselmarkt. Iran exporteert met name lichte olie, die voor benzine wordt gebruikt.