Brent ruwe olie stevent er voor de tweede week op af om vrijdag lager te sluiten dan waarop maandag de beurs opende. De balans sloeg daarmee ook deze week door naar nieuws dat een drukkend effect heeft op de olieprijs. Eén van de maatregelen die is genomen om de oliemarkt weer wat tot rust te krijgen is het op de markt brengen van olie uit de strategische reserves. Dat kan later nog als een boemerang terugkomen volgens sommige experts.
Maandag 4 april sloot Brent-olie op $107,84 per vat. Die prijs is deze week in één rechte lijn gedaald. Vandaag (8 april) staat de notering voor Brent-olie op $100,47 per vat. Daarmee komt de prijs dicht in de buurt van het niveau dat medio maart werd behaald. Als de dalende trend het patroon van de laatste twee weken blijft volgen, dan staat de koers eind volgende week weer op het niveau van voor de Russische aanval op Oekraïne.
Hoewel de oorlog in Oekraïne nog lang niet over is, kreeg op de oliemarkt bearish nieuws de overhand. In eerste instantie leek het erop dat Europa nieuwe sancties in zou stellen vanwege burgerdoden in Oekraïne in door Russische militairen bezet gebied. De energiemarkt is daarbij niet langer taboe. Maar zoals vaker wordt de soep niet zo heet gegeten als opgediend. Voor kolen is de Europese Unie het eens geworden over een embargo op korte termijn, maar voor olie en gas zijn de plannen minder concreet. Het verder terugzakken van Russische olieleveringen blijft op termijn als reëel risico boven de markt hangen.
Extra olie
Een belangrijke factor momenteel is dat er olie uit strategische reserves op de markt wordt gebracht. De Verenigde Staten brengen komend halfjaar 180 miljoen vaten op de markt. Daarbij dreigt president Biden met boetes voor Amerikaanse oliemaatschappijen die hun vergunde productieruimte niet volledig benutten. Andere leden van het Internationaal Energie Agentschap (IEA) hebben besloten 60 miljoen vaten vrij te geven. In totaal komen 240 miljoen vaten extra op de markt. Samen met de productieverhoging van de OPEC moet dit de oververhitte markt verkoeling bezorgen. Experts denken wel dat dit alleen op korte termijn prijsdrukkend werkt. Op langere termijn willen landen hun strategische voorraden weer opbouwen en dan werkt de nu ingezette strategie contraproductief.
De oplopende coronabesmettingen in China zorgen voor verdere druk op de prijs. Shanghai zit in een lockdown en gezien de besmettingscijfers worden lockdowns in andere gebieden niet uitgesloten. Dat leidt tot minder vraag naar olie in China, dat het grootste olie-importerende land ter wereld is. In de huidige krappe markt zorgt alle tegenvallende vraag voor meer lucht. Ook speculanten en beleggers spelen een redelijke grote rol in de dalende koers. De belangstelling voor olie als veilig haven was recent vrij groot. De stijgende notering trok speculanten aan die een graantje wilde meepikken. Toen is relatief veel lucht in de markt gepompt en nu alles wat tot bedaren komt, loopt die lucht eruit.
Diesel volgt een ander patroon
De forse prijsdaling van vorige week zette deze week in eerste instantie niet door. Natuurlijk werd een lagere dieselprijs veroorzaak door de historische accijnsverlaging. Maar het is opvallend dat de dieselprijs begin deze week met bijna €10 daalde naar €153,05 per 100 liter op dinsdag 5 april. Vandaag (8 april) is de prijs gezakt naar €142,05 per 100 liter. Ook deze prijs komt zo weer in de buurt van de prijs voor de oorlog. Maar zoals geschreven daarin zit wel een accijnsverlaging van €11,10 per 100 liter.