Coöperatie Agrifirm lanceert het nieuwe retailconcept, BOER&NLekker, waarbij consumenten de producten zelf bij de boer kunnen ophalen. CEO Dick Hordijk heeft er hoge verwachtingen van. Zowel als middel om het boereninkomen te verbeteren als om het boer-burger-begrip te vergroten. En de korteketenmarkt groeit enorm hard. In coronatijd is die verdubbeld naar een omzetwaarde van €2 miljard.
Hordijk: "De verwachting van marktkenners is dat die omzet de komende jaren nog een keer verdubbelt. Die korteketentrend is een serieuze ontwikkeling, die wordt gevoed door een nieuw bewustzijn dat juist in de afgelopen paar jaren is ontstaan."
Een mooi idee dus, zo'n retailconcept voor boeren die iets vanaf het bedrijf willen verkopen, maar concurreren jullie daarmee niet met al diegenen die al een goedlopende huisverkoop hebben?
"Wij zijn niet actief op een verdringingsmarkt. Dus degenen die al een goedlopende business hebben, zitten we niet in de weg. Maar misschien kunnen we ook voor hen interessant zijn, want wij bieden in samenwerking met local heroes vooral een goed pakket diensten aan, waarmee we boeren die zelf producten (willen) verkopen, ontzorgen qua logistiek, afhandeling en dergelijke. Wie wil, kan zich aansluiten."
Agrifirm is een coöperatie. Moeten geïnteresseerden eerst lid worden?
Hordijk glimlacht: "Dat is de vraag. Wij kijken vooral of iemand past bij het concept: of de mensen passen en of de onderneming transparant is. klanten/leden van Agrifirm. Uitgangspunten van ons concept zijn - boeren in de regio (maximaal 10 tot 15 kilometer rijden) en een voldoende breed mandje met vers boodschappen. Indien we in de betreffende omgeving niet voldoende klanten hebben, vullen we dat aan met niet-klanten. Voor dit retailconcept hebben we een zelfstandig team opgezet, met goede retailkenners. Want waar we nu mee beginnen, dat is niet de kernkracht van Agrifirm."
Is het dan wel het beste idee om dit vanuit Agrifirm te organiseren en kan niet beter een nieuwe coöperatie worden opgezet?
"Wij beginnen nu vanuit Agrifirm met dit initiatief en zullen goed in de gaten houden hoe het verder moet gaan. Zoals gezegd, gaat de onderneming al op enige afstand van Agrifirm opereren."
Ook geven jullie de onderneming twee taken mee: zakelijk goed draaien en het begrip van de consument voor de boer vergroten. Dreigt zo niet weer een klassieke coöperatie-spagaat?
"Wij als Agrifirm vinden de positie van de boer ontzettend belangrijk en beginnen hier dus niet voor niets aan, maar wij zullen ook alert zijn dat we de groeisnelheid van het bedrijf niet in de weg zitten."
Voor een vlotte start van een nieuw concept is een stevig marketingbudget handig. Met hoeveel geld helpt Agrifirm dit initiatief op weg, iets met zes nullen?
"Binnen de coöperatieraad hebben we hier goed over doorgesproken, omdat dit natuurlijk een belangrijk punt is. De inzet is dat het zichzelf terugverdient."
Ja, maar?
"Wat ik kan zeggen is dat wij hier een stevig budget voor hebben gereserveerd."
Hoeveel moeten deelnemende boeren afdragen? Er blijft misschien meer marge over dan bij de gewone afzet, maar het is niet gratis.
"De boer bepaalt zelf de verkoopprijs van de producten die worden aangeboden. Uiteindelijk blijft 70% over voor hem of haar. De consument koopt via internet en komt de producten zelf ophalen op een afgesproken tijd, want dat zelf ophalen is ook een belangrijk contactmoment."
Jullie hebben er vast wel aan gerekend wat een gemiddelde boer kan bijverdienen als die inhaakt op jullie concept.
"We hebben ons laten inspireren door soortgelijke ontwikkelingen in België en Frankrijk, maar we hebben er bewust niet aan gerekend. Maar als je bedenkt dat €1 miljard omzet verdeeld over 50.000 agrarische ondernemers neerkomt op €20.000 per bedrijf, geeft dat wellicht een idee."
Jullie zijn ervan overtuigd dat BOER&NLekker een succes wordt?
"Daarvoor kom ik terug bij waarmee ik begon. De korte ketenmarkt heeft een groot potentieel. Je ziet het ook aan het succes van concepten als De nieuwe melkboer en de Boerschappen. Wat wij bieden is lokaal product, vers en in het seizoen. We kunnen ook goed uitleggen waarom ons product niet uit Thailand of China komt. Kortom: we hebben een mooi product met een sterk verhaal, dat ook het begrip voor onze landbouw kan vergroten. Dat is weer belangrijk om te zorgen dat we met al onze kritiek in Nederland, niet het kind met het badwater weggooien. De veehouderij kan hier dan misschien wel worden weggejaagd, maar dan ruiken we die bedrijfstak vervolgens een paar dagen later, omdat die simpelweg enkele honderden kilometer verder naar het oosten staat."