Een reeks cruciale aannames in het Actieplan van AgriNL klopt niet. Uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek blijkt het aantal stoppers vanaf 2016 veel lager dan genoemd. Daarmee is ook het vrijkomende areaal landbouwgrond vele malen kleiner.
Gemiddeld over de periode 2016 tot en met 2021 beloopt het jaarlijkse aantal stoppers 1,3% van het totaal en niet 3%, zoals AgriNL noemt.
Dat komt neer 7.260 boeren minder in de komende tien jaar in plaats van 16.758 minder, zoals genoemd. Het areaal landbouwgrond dat daarmee zou kunnen vrijkomen, bedraagt dan ook niet ruim 600.000 hectare, maar eerder zo'n 260.000 hectare grond.
Wie het ruim wil nemen en kijkt naar het aantal bedrijfshoofden ouder dan 55 jaar zonder opvolger, kan hoger uitkomen. Genoemde categorie potentiële stoppers telt bijna 16.000 bedrijven, maar het aantal hectare dat ze bezitten, komt nog steeds bij lange na niet aan de 600.000. Volgens de gegevens van het CBS over 2020 gaat het om bijna 316.000 hectare, dus ruim de helft.
Minder boerengrond her te bestemmen
Daarmee valt er veel minder grond her te bestemmen en te verdelen voor allerlei functies. In zijn plan gaat AgriNL er ook vanuit boerengrond vrij gemakkelijk in te zetten is voor andere functies, en dan nog wel voor de functies die de overheid het liefste ziet. Ook dat is, bezien in het licht van historische veranderingen in het grondbezit, niet zomaar gegarandeerd.
Om het aantal boeren te laten stoppen en de landbouwgronden vrij te krijgen in de omvang zoals AgriNL heeft geprojecteerd, zijn andere maatregelen nodig dan natuurlijke ontwikkelingen en beperkte onteigening.
Door alle kritiek van de afgelopen dagen uit boerenkring, nemen steeds meer leden afstand van AgriNL.