De kunstmestprijzen zijn flink gestegen. Fabrikanten wijzen daarbij op de flink gestegen energiekosten, grote internationale vraag en gestegen transportkosten. Dat is volgens critici niet het volledige verhaal. De Europese boeren belangenorganisatie Copa-Cogeca stelt dat er door antidumpingmaatregelen onvoldoende concurrentie is.
Copa-Cogeca denkt dat stijgende kosten alleen niet de oorzaak kunnen zijn van de sterk gestegen kunstmestprijzen. De antidumpingmaatregelen die de Europese Commissie in 2019 heeft ingevoerd, spelen een cruciale rol en hebben de markt ernstig verstoord, aldus de organisatie.
Er zijn destijds importtarieven voor kunstmest ingesteld op aandringen van de kunstmestindustrie, om te voorkomen dat bedrijven uit onder andere de VS, Rusland en Trinidad en Tobago de Europese industrie weg zouden concurreren. Overigens dringen Amerikaanse producenten ook aan op marktbescherming in de VS vanwege oneerlijke concurrentie vanuit Rusland. De marktbeschermingsmaatregelen mogen goed zijn voor de kunstmestfabrieken, maar pakken zeer nadelig uit voor de Europese boeren.
Prijzen verdubbeld
De prijzen van UAN (ureum en ammoniumnitraat) zijn in vergelijking met 2017/2018, het referentiejaar voor de dumpingpraktijken, verdubbeld en sinds begin 2021 zijn meststoffen gemiddeld 25% duurder geworden. Om de situatie nog gecompliceerder te maken, zien sommige Europese kunstmestproducenten zich inmiddels genoodzaakt productie af te schalen of zelfs fabrieken tijdelijk te sluiten vanwege te hoge productiekosten, aldus Copa-Cogeca.
Zo maakte kunstmestfabrikant CF Industries vorige week bekend 2 van de 4 productielocaties in het Verenigd Koninkrijk te sluiten en het Noorse Yara maakte bekend dat hij de productie van ammonium met 40% terugschroeft. Beide bedrijven zeggen dat de hoge gasprijs en de beperkte gasvoorraad de oorzaak is van deze draconische maatregelen. Aardgas is namelijk goed voor circa 60% tot 80% van de productiekosten van stikstofmeststoffen. Wanneer de productie weer op volle toeren draait is afhankelijk van de verdere marktontwikkelingen.
Te weinig concurrentie
De importbeperkingen hebben volgens Copa-Cogeca geleid tot beperking van de concurrentie en versterking van de machtspositie van de fabrikanten. De antidumpingmaatregelen kosten alleen de Europese graantelers al €210 miljoen per jaar. Meststoffen zijn Europees gezien goed voor circa 40% van de direct toe te rekenden kosten in de graanteelt.
Gezien de sterk veranderde marktsituatie is volgens Copa-Cogeca de grond voor de marktbescherming weggevallen. "Nu kunstmestfabrikanten aankondigen de productie van stikstofmeststoffen terug te schroeven hebben we de kunstmest van buiten de EU hard nodig", schrijft Tim Cullinan, voorzitter van het Ierse lid van Copa-Cogeca IFA. "De antidumpingmaatregelen zorgen er nu alleen maar voor dat de kosten op het boerenerf de pan uit rijzen."
Bescherming blijft nodig
De Europese kunstmestindustrie blijft echter van mening dat bescherming nodig is. Zo wijzen ze erop dat Russische stikstofproducenten door de circa 20% lagere aardgasprijzen in het land een enorm voordeel hebben. Daarnaast zijn de internationale concurrenten niet gebonden aan de Europese normen voor CO2-uitstoot en andere milieumaatregelen die kostprijsverhogend werken.
De Europese Commissie kan de antidumpingmaatregel (tijdelijk) opheffen als sterk veranderde omstandigheden daar aanleiding toe geven. Of dat ook daadwerkelijk gaat gebeuren, daarover is door de Commissie nog niets naar buiten gebracht.
Verdere prijsstijging ligt voor de hand
Voorspellen is lastig maar de voortekenen op de kunstmestmarkt zijn voor de boer ongunstig. De gasprijs is de afgelopen maanden flink gestegen en dat werkt normaal gesproken met circa 3 maanden vertraging door in de prijs van stikstofkunstmest. Door het terugschroeven van de kunstmestproductie wordt daarbij nog wat krapte op de markt gecreëerd. Door de relatief hoge graanprijzen is er ook internationaal een grote vraag naar kunstmest. Mocht de Europese Commissie besluiten de marktbescherming op te heffen, valt nog te bezien of er daarmee veel extra kunstmest op de markt komt.
De geopolitieke ontwikkelingen hebben eveneens grote invloed op de markt. Vooral de productie van kali en fosfaat is via staatsmijnbedrijven vaak nauw verweven met internationale handelspolitiek. De sancties tegen Wit-Rusland treffen bijvoorbeeld niet alleen het regime van Loekasjenko, maar raken ook de kali-export, wat weer directe gevolgen heeft voor de Europese boer.