De landbouw in het Verenigd Koninkrijk wordt hard getroffen door de brexit. Met uittreding uit de Europese Unie kunnen Britse boeren niet langer aanspraak maken op directe steun uit het Gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB). Niet langer gebonden aan de regels en dictaten die vanuit Brussel worden opgelegd, zet het land een eigen koers uit. Dat was immers het doel van de brexit.
In de nieuwe plannen haalt de Britse regering de bezem flink door het agrarisch beleid. Met name het wegvallen van de inkomenssteun zal voor veel Britse boeren een flinke klap zijn. Volgens schattingen komt zo'n 45% van de boeren in het Verenigd Koninkrijk in grote financiële problemen als de steun direct wordt stopgezet.
Zachte landing
De overheid stelt wel een overgangstermijn in. Van 2021 tot en met 2027 wordt de sector geleidelijk omgevormd. In de periode tot en met 2024 worden de directe betalingen met 50% afgebouwd ten opzichte van vorig jaar. Bij grote bedrijven wordt de steun sneller afgebouwd dan bij kleine. In 2024 vindt een tussentijdse evaluatie plaats van het beleid. Er kunnen dan aanpassingen gedaan worden om knelpunten te verhelpen.
Het uitgangspunt van het nieuwe beleid is dat de agrarische bedrijven zelfstandig en op duurzame wijze kunnen opereren, zonder afhankelijk te zijn van subsidie. De overheid stelt een behoorlijk bedrag beschikbaar om bedrijven te helpen met deze transitie. Daarbij ligt de focus op manieren om kosten te reduceren en de winstgevendheid te verbeteren. Denk aan subsidie op maatregelen die de productiviteit verbeteren, maar ook er kan ook gedacht worden aan investeringen in trainingen om het kennisniveau te verbeteren.
Boeren die niet mee kunnen of willen in deze omvorming, kunnen hulp krijgen bij bedrijfsbeëindiging. Deze nieuwe situatie brengt naar verluidt ook kansen. De Britse regering wil de ondernemers die geen verleden hebben in de sector ondersteunen om een eigen landbouwbedrijf te beginnen of over te nemen.
Subsidie alleen voor extra diensten
Het is niet zo dat er geen geld meer beschikbaar komt voor de sector. De Britse regering vindt alleen dat dat dat geld verdiend moet worden door extra diensten te leveren. Boeren kunnen extra betalingen krijgen als ze de omgeving onderhouden of verbeteren, extra maatregelen nemen voor diergezondheid en welzijn of de CO2-uitstoot verminderen of koolstof vastleggen. De extra kosten of de lagere productie worden dan als het ware gecompenseerd door de overheid.
In de Europese Unie wordt het beleid voor 7 jaar vastgesteld en vinden tussendoor slechts kleine wijzigingen plaats. Het Verenigd Koninkrijk wil dat anders doen. De hoofdlijnen en doelen zijn uitgezet en de praktische invulling wordt gaandeweg gedaan. Het wordt een proces van vallen en opstaan. Proberen wat werkt en wat niet. Alle partijen worden betrokken. Dit om te voorkomen dat onwerkbare maatregelen ontstaan en om enig draagkracht voor het beleid te creëren. De overheid kan dan zeer gericht bijsturen zonder te verzanden in een uit de hand gelopen bureaucratisch orgaan.
Britse equivalent van kringlooplandbouw
Het nieuwe landbouwbeleid wijkt overigens minder af van dat wat in de Europese Unie wordt uitgedacht. Ook in het nieuwe GLB wordt gesproken over extra diensten die boeren moet leveren om in aanmerking te komen voor de inkomenssteun. De Britten gaan daar in hun hervorming zelfs veel verder in. Sustainable agriculture lijkt voor de Britten het magische woord.
Of het Britse equivalent van onze kringlooplandbouw voldoende is om de de boerenstand overeind te houden, zal echter nog moeten blijken. Het kan een blauwdruk zijn van wat ons op het vaste land te wachten staat.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.