Het weer overheerst in het MARS-rapport van april. Droge omstandigheden regeren in West-Europa, nadat het een van de natste winters ooit was. De wintergewassen verkeren toch nog in een goede conditie. Het droge weer heeft wel een negatief effect op het zaaien van de zomergewassen.
Uit het MARS-rapport van de Europese Commissie blijkt dat COVID-19 weinig impact heeft op het zaaien van de zomergewassen. Tot op heden waren voldoende zaaizaad, kunstmeststoffen en gewasbeschermingsmiddelen beschikbaar. Het coronavirus leidt dus niet tot vertragingen in het voorjaar. De voorspellingen in het rapport van april zijn vooral gebaseerd op historische gegevens. Hierdoor is de stand van zaken onzeker, zeker met het regentekort waarmee grote delen van Europa worden geconfronteerd.
Wijziging in rogge
Deze onzekerheid leidt niet tot grote wijzigingen in de opbrengstprognoses ten opzichte van het rapport van maart. Eigenlijk is de enige opmerkelijke wijziging in rogge te vinden. Deze opbrengst is na verwachting 2,1% hoger dan vorige maand en staat nu op een verwachte opbrengst van 3,92 ton per hectare. Dit is 6% hoger dan de 5-jarig gemiddelde opbrengst van rogge. In de verwachte totale opbrengst van tarwe en gerst vindt nagenoeg geen wijziging in plaats. Deze wordt voorspeld op gemiddeld respectievelijk 5,65 en 5,87 ton per hectare in de Europese Unie.
Negatieve gevolgen droogte
De droogte heeft een negatief effect op de gewasontwikkeling. Het droge weer in het voorjaar zorgt ervoor dat de toplaag van de grond flink is uitgedroogd. Neerslag is uiteraard nodig voor een goede gewasontwikkeling voor de in het voorjaar gezaaide granen en de laat gezaaide percelen.
Er is ook een opbrengstvoorspelling voor aardappelen en suikerbieten gedaan in het rapport van april. De Europese Commissie verwacht een gemiddelde aardappelopbrengst van 34,2 ton per hectare in de Europese Unie. Deze opbrengstverwachting is 5,6% hoger dan het 5-jarig gemiddelde.
Voor suikerbieten is de verwachte opbrengst 75,9 ton per hectare. Deze ligt hiermee een ton per hectare hoger dan het 5-jarig-gemiddelde. In de belangrijkste productiegebieden van suikerbieten (Frankrijk, Benelux, Oost-Engeland en Duitsland) is het zaaien voorspoedig verlopen, zonder grote belemmeringen. In de meeste regio’s is het zaaien begonnen in het laatste gedeelte van maart; Duitsland was iets later en begon in april met zaaien.
Door de droge omstandigheden is het zaaien wel een uitdaging gebleken. Voornamelijk op de kleigronden viel het zaaien op de harde en droge kleigrond niet mee. Er is door sommige boeren dan ook besloten om dit op te lossen door te gaan beregenen. Het poten van de aardappelen loopt tegen hetzelfde probleem aan. De pootwerkzaamheden zijn hierdoor wel iets vertraagd en lopen waarschijnlijk tot ver in mei door, meldt het rapport.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.