Het zijn lastige tijden voor de uitzendbranche en daarmee ook de agrarische sector die op veel fronten aan de vooravond staat van een arbeidspiek. Voor de ruim 180.000 seizoensmedewerkers uit Oost-Europa moet deels een alternatief gezocht worden. 'We moeten creatief zijn en samenwerken.'
De coronacrisis gaat de Nederlandse agrarische sector in totaal rond de €5 miljard schade opleveren. Een schatting die volgens LTO-voorzitter Marc Calon veroorzaakt wordt door drie aspecten: vraaguitval, grensproblemen, en vooral ook arbeid. "In Nederland werken jaarlijks ongeveer 212.000 seizoensarbeiders in de land- en tuinbouw. Daarvan komt 85% uit Oost-Europa, met name Polen. Heel veel van die Polen blijven nu liever thuis bij hun familie. Bovendien is het op dit moment heel moeilijk om de grens over te komen", aldus Calon gisteravond bij Nieuwsuur.
Lastig in te vullen
Grootste knelpunt op dit moment is volgens de LTO-voorman de forenzenstroom van Oost-Europa naar Nederland en Engeland. Daniel Janus van het Noord-Hollandse uitzendbedrijf Agripool kan dat beamen. "Het is een moeilijke tijd voor ons. We hebben veel vragen open staan die op dit moment lastig in te vullen zijn." Agripool is met name actief in de tuinbouw en bloembollenteelt. "In het seizoen – en dat begint vanaf mei – hebben we 700 mensen in dienst. Dat zijn voornamelijk medewerkers uit Polen, Litouwen en Bulgarije. Velen van hen zijn nu bang om deze kant op te komen en tot 6 april zijn sowieso de grenzen gesloten."
Andersom zijn de seizoensarbeiders die reeds in Nederland zijn huiverig om terug te keren naar hun thuisland. De quarantaineperiode van 2 weken die hen dan te wachten staat, is niet aantrekkelijk. "Wij hebben nu 45 mensen op onze huisvestingslocaties zitten zonder werk", vertelt Janus. "Voor hen is het, net als voor veel ondernemers, een onzekere en onrustige tijd. Ze weten niet wat er over een week komt en er wordt iedere dag geskypet met de familie thuis."
Quarantaineperiode
Ook bij uitzendorganisatie AB Midden-Nederland merken ze dat Polen niet graag terugkeren gezien de quarantaine die dan voor hen geldt. "En tegelijkertijd zijn er nog steeds mensen die vanuit Polen hierheen willen komen", vertelt Harold van Leeuwen. "Daar is een document voor nodig en die kunnen wij regelen. Het lukt gelukkig nog steeds om de arbeidsvraag in te vullen, maar we merken wel dat het steeds moeilijker wordt."
De grootste vraag in de agrarische sector ontstaat volgens Van Leeuwen nu in de zachtfruitsector, waar de arbeidspiek voor de deur staat. Door te schuiven met personeel tussen verschillende branches wordt naar oplossingen gezocht. "Zo hebben wij contact met een ander uitzendbureau dat veel in de fruitsector doet. Met elkaar proberen vraag en aanbod zo veel mogelijk in te vullen. We zien nog wel mogelijkheden. Mensen die normaal broodjes smeren voor de horeca kunnen nu bijvoorbeeld bessen plukken. Gelukkig zijn zij ook bereid dat te doen."
Mentaliteit is doorgaan
In de huisvesting gelden strikte regels zoals die in heel Nederland van toepassing zijn. De gezondheid van mensen krijgt de hoogste prioriteit, benadrukt ook collega Teunis Groen die bij AB Midden-Nederland onder meer verantwoordelijk voor de klanten in de veehouderij. "Onze jongens die bij boeren op het erf komen worden op het hart gedrukt maatregelen in acht te nemen. Onder meer met betrekking tot afstand houden. Dat wordt goed opgepakt, hoe moeilijk het ook is. De mentaliteit in de sector is 'doorgaan', ook als je een beetje snotterig bent. Nu proberen we echt bewustzijn te creëren dat mensen in dat soort gevallen thuis blijven."
Groen merkt op dat er tot op heden nog geen boeren uitgeschakeld zijn door ziekte. "Wat dat betreft, mogen we van geluk spreken. We staan echter nog maar aan het begin, de vraag is hoe lang dit nog gaat duren. Juist daarom is het belangrijk dat onze mensen de maatregelen in acht nemen, zodat ze gezond blijven."
Dat er bij de uitzendbureaus vragen komen van agrarisch ondernemers die bezorgd zijn over de dreigende arbeidskrapte, laat zich raden. Tegelijkertijd ontstaat er ook aanbod vanuit nieuwe hoeken. Buurjongens die niet naar school hoeven en een paar uurtjes over hebben. Maar ook vanuit sectoren als de horeca en techniek. Janus: "We zullen creatief moeten zijn en zoveel mogelijk vraagstukken samen moeten oppakken."
Online platforms
Vanuit die gedachte is inmiddels ook een online platform gelanceerd: werkenindelandentuinbouw.nl. De site functioneert als een prikbord waarop werkgevers en zelfstandigen zichzelf zichtbaar kunnen maken. Naast LTO brengen het UWV, de ABU en NBBU het platform bij hun achterban onder de aandacht en zo wordt getracht partijen samen te brengen, waardoor overschotten en tekorten aan personeel elkaar opvangen.
Een vergelijkbaar initiatief is de website helponsoogsten.nl waar al 70 bedrijven met een personeelstekort zich gemeld hebben, evenals 1000 mensen, uit onder meer de horeca en schoonmaak, die in de land- en tuinbouw willen werken.