De veehouderij heeft een jaarlijkse productiewaarde van €10,5 miljard. "Het halveren van de Nederlandse veestapel kost dus minstens €5 miljard", meldt Cor Pierik, landbouweconoom bij het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), op woensdag 18 december op het Nationaal Economisch Landbouw Congres in Amersfoort.
"De veehouderij is zeer belangrijk voor de economie in ons land en hier zijn 64.000 voltijds banen mee gemoeid", vertelt Pierik aan het begin van zijn betoog. Op zichzelf, levert de veehouderij een bijdrage van 0,5% aan het bruto binnenlands product. Dit lijkt weinig, maar dit percentage loopt snel op als de periferie (onder andere veevoerbedrijven en slachterijen) ook wordt meegerekend. De totale bijdrage van de landbouwsector van Nederland, inclusief de plantaardige sector, is volgens Pierik een kleine 10%. Een behoorlijke poot onder de economie dus.
Het halveren van de veestapel, zoals D66-Kamerlid Tjeerd de Groot in het najaar voorstelde als oplossing voor de stikstofcrisis, kost volgens Pierik veel geld én veel banen. De econoom vertelt dat de productiewaarde dan sowieso door de helft gaat. Ook gaat een groot gedeelte van de bedrijven in de veehouderij dan over de kop.
Een argument dat de veehouderij-criticasters vaak aangrijpen, is dat het gros van landbouwproductie geëxporteerd wordt. Ook Pierik concludeert dat. Wel nuanceert hij dat circa 77% van de agrarische export binnen de eurozone blijft. Ongeveer 25% van de export gaat naar Duitsland, dus het is maar hoe nauw je de definitie van export neemt.
Oog voor stikstofprobleem
Naast de economische waarde, stipt Pierik ook de invloed van landbouw op de natuur aan. Specifieker: de emissies van stikstof. De uitdaging voor de komende jaren is volgens Pierik het vinden van een balans tussen de economie en ecologie. Daarbij doelt hij vooral op het stikstofprobleem in Nederland, waarvan de landbouw op papier voor 45% debet aan is.
Opnieuw plaatst Pierik een kanttekening. Het stikstofverlies in de bodem is sinds begin jaren '90 met ongeveer 40% afgenomen. De verliezen naar de lucht zelfs met 62%. Dat betekent niet dat de sector rustig achterover kan leunen. Volgens Pierik kan middels het toedienen van krachtvoer nog reductie worden gerealiseerd.
Als oplossingsrichting wijst Pierik op samenwerkingsverbanden. "Als de melkveehouders en akkerbouwers op provinciaal niveau maximaal gaan samenwerken, dan kun je de stikstofoverschot voor de melkveehouderij in een groot deel van de provincies wegwerken." Alleen in de provincies Friesland, Overijssel en Utrecht lukt dat niet. Tussendoor liet Pierik nog vallen dat de sector de enige sector is die meer energie produceert dan verbruikt, waarmee Pierik wilde zeggen dat boeren nog meer doen dan voedsel produceren.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
Dit is een reactie op het Boerenbusiness artikel:
[url=http://www.boerenbusiness.nl/artikel/10885090/halveren-veestapel-kost-minstens-5-miljard]Halveren veestapel kost minstens 5 miljard[/url]