In de Europese Unie loopt de inzaai van suikerbieten vertraging op. Natte omstandigheden en lage temperaturen zijn hier de oorzaak van. Ook in Nederland loopt het zaaien achter op voorgaande jaren; begin april zat nog geen 10% in de grond.
Volgens de Bietenstatistiek van Suiker Unie was aan de start van week 14 zo’n 8,2% van het totale areaal ingezaaid, goed voor ruim 7.000 hectare. Daarmee is het ingezaaide percentage, ten opzichte van de week ervoor, verdubbeld. Vooral in Flevoland, het noordelijk kleigebied en Gelderland zijn bieten gezaaid.
Late start
Deze 3 gebieden schrijven als enige dubbele cijfers. In Oostelijk en Zuidelijk Flevoland gaat het om ruim 25%, op de Groningse klei zit ook 25% in de grond en in Gelderland gaat het om 1/3. Het was voor het laatst in 2013 dat het zaaiseizoen zo laat van start ging, toen zat op dezelfde peildatum ook 8% in de grond. Het zaaiwerk kon erna vlot starten, maar na alle regenval is het nog maar de vraag of dat nu ook het geval is.
De gemiddelde zaaidatum kwam in 2013 op 8 april uit en in 2008 was dat 16 april. Dat is het laatste startmoment sinds de meting begon. In het zuidwesten van het land, met name de Zeeuwse eilanden, noordoostelijke en zuidoostelijke zandgebieden zijn nagenoeg geen bieten gezaaid.
Vorig voorjaar startte het zaaiseizoen in Europa zeer vlot. Het legde de basis voor een recordoogst in veel Europese landen; die kans is nu inmiddels wel verkeken. De geteelde oppervlakte blijft naar verwachting gelijk, omdat de contractprijzen bekend waren voordat de suikermarkt met serieuze verlagingen te maken kreeg. Pas in 2019 wordt een flinke correctie verwacht.
Vertraging in Frankrijk
In Frankrijk wordt traditiegetrouw als eerste gestart met zaaien. Volgens telersvereniging CGB zat eind maart 7% van het areaal in de grond, tegenover een 5-jarig gemiddelde van 50%. Suikerproducent Tereos beaamt dat. Hun leden hadden zelfs nauwelijks bieten gezaaid, ten opzichte van 2017. Dit is vooral het gevolg van een zeer natte winter.
Als ideaal zaaimoment worden de eerste dagen van april aangehouden. Telersvereniging CGB denkt dat de eerste 1,5 miljoen ton bieten daarmee verloren is, ten opzichte van de 45 miljoen ton die vorig jaar werd geoogst. Dat zegt het tegen persbureau Reuters.
(Tekst gaat verder onder de tweet)
Duitsers in de startblokken
In Duitsland verloopt het zaaiseizoen ook lastig. Telers die zijn aangesloten bij de Pfeifer & Langen fabrieken hebben niet meer dan 1% tot 2% gezaaid. Alleen de lichtste zandgronden in Oost-Duitsland zijn geschikt om in te zaaien. Aan het eind van deze week wordt verwacht dat het zaaien op grote schaal kan starten. Vorig jaar zat rond deze tijd landelijk 22% in de grond. Vooral in Noord-Duitsland moeten de omstandigheden nog flink verbeteren.
Poolse akkerbouwers hebben hinder ondervonden van de aanhoudende kou en winterse neerslag. De bietentelersorganisatie KZPB schat in dat het zaaien minimaal 2 weken achterloopt. Ook nu liggen de temperaturen te laag om te beginnen. De organisatie verwacht een iets groter areaal voor 2018 (231.000 hectare).
Wateroverlast in Engeland
In het Vereniging Koninkrijk is eind maart, net als in Nederland, mondjesmaat wat gezaaid. Grote delen van het land hebben echter met flinke neerslag te maken gekregen; lokaal leidt dit zelfs tot overstromingen. Het bieten zaaien lijkt daarmee ver weg. Toch is British Sugar nog niet erg zenuwachtig. De eerste helft van april is een prima zaaimoment voor hun telers.